Jean-Thierry Nsanzineza
Jean-Thierry Nsanzineza

Er is een jongeman met wie ik even regelmatig als toevallig op tram twee beland. Naast onze rol als fervente tramreizigers delen we nog een bijzonderheid: we durven al wel eens als vrijwilliger aan de slag te gaan. Ons meest gemeenschappelijke deel daarin is het Antwerpse jongerencentrum Kavka, waar ik vroeger, en hij nu nog steeds, als bar- en zaalverantwoordelijke actief was. Ik herken mijzelf erg hard in Jean-Thierry, aangezien hij zoveel als mogelijk taken en verantwoordelijkheden tracht op te nemen binnen deze organisatie. Wat hij nu doet, deed ik tot een jaar of vier geleden ook in ongeveer dezelfde mate. Het grote verschil is dat Jean-Thierry zichzelf tot een soort van über-vrijwilliger heeft opgewerkt, want hij is ook nog eens structureel actief bij organisaties als Het Bos en Trix, om er maar een paar te noemen. Het hoeft dus niet meer echt gezegd dat deze twintiger meer niet, dan wel slaapt.

“Sorry dat ik wat later ben, ik heb me wat overslapen vrees ik”, is het eerste wat hij me zegt als hij komt aangeslenterd. Een paar uur voordien zaten we samen nog op het Belgisch Kampioenschap Beerpong in Zappa (een van de locaties van de Kavka vzw op het Kiel, nvdr). Het is verbazingwekkend dat we er alle twee, na zo weinig nachtrust, zijn geraakt, bedenk ik me. Hij heeft een strak tijdsschema, want hij heeft nog verplichtingen in Trix deze namiddag, het leven van de über-vrijwilliger is geen ponykamp zo blijkt.

Ik vraag hem waarom hij zo actief aan de slag gaat bij al die sociaal-culturele centra die hem in hun team hebben zitten. “Het meest belangrijke is het sociaal contact”, antwoordt hij meteen. “Je leert zoveel verschillende mensen kennen en daar leer je ongelooflijk veel van. Ik heb op redelijk korte tijd mijn sociaal netwerk enorm kunnen uitbreiden door te doen wat ik doe. De meeste van mijn vrienden heb ik op die manier leren kennen, het voelt telkens als thuiskomen in alle organisaties waar ik actief ben. Daarnaast is het ook echt leuk om zoveel optredens en feesten gratis bij te kunnen wonen en tegelijkertijd kan je zoveel bijleren. Het is de ideale combinatie van werk en plezier, dus ik wil graag zo lang mogelijk zo veel mogelijk blijven doen op dit vlak.”

“Tram twee is altijd een belangrijke lijn geweest voor me”, zegt Jean-Thierry vastbesloten, “misschien wel de verbinding die ik het meest gebruik. Vroeger vooral om naar school te gaan, maar tegenwoordig is het veeleer om naar mijn werk te gaan. Het is jammer dat er 's nachts zo weinig trams of bussen rijden”, geeft hij aan. “Dat zou soms wel handig zijn, want de zin om na een lange shift op een feest of een optreden nog de fiets te nemen is er niet altijd. Gelukkig moet ik vaak zo lang werken, dat de eerste trams al rijden.”

“Weet je nog die ene keer dat we op Antwerp Metal Fest hebben gewerkt, toen hadden we besloten een taxi te bestellen na de laatste festivalnacht. Gelukkig zijn we toen zo lang blijven nakletsen en drinken, dat we de eerste tram twee konden opspringen. Ik herinnerde me het nog als gisteren, waardoor ik me ook nog voor de geest kon halen dat letterlijk de tram op te springen voor onze vermoeide lijven er helemaal niet meer inzat. Ik zou het eerder als de tram binnenvallen omschrijven.”

Jean-Thierry moet me op dit punt in het gesprek verlaten, om over te stappen op tram tien richting Trix. “Sorry dat ik niet zoveel tijd had”, zegt hij nog. Ik had het hem echter al op voorhand vergeven, want zijn tijdsplanning is erg herkenbaar voor me. Ik geef hem nog het vaderlijke advies mee dat hij af en toe wel moet slapen, maar dat had evengoed een boodschap aan mijzelf kunnen zijn. We wensen elkaar kort, maar hartelijk nog veel succes en plezier vooraleer we elk onze eigen weg opgaan.

 

Yannick Moyson

vorige volgende