© Joppe Nuyts

Lieven Bosmans (34) ervaarde het beste van twee werelden. Ooit stond hij in een rood-wit shirt op het gras van de Bosuil naast Patrick Goots en Tony Sergeant. Nu is hij één van de 13.000 supporters die RAFC in Play-Off 2 naar de overwinning moeten schreeuwen. Door blessureleed speelde hij maar enkele wedstrijden, maar zijn hart blijft bij de club. Ondertussen is hij al drie jaar jeugdtrainer.

De reguliere competitie in 1A zit erop. Ondanks de sterke prestaties in de eerste seizoenshelft, zag Royal Antwerp FC het Play-Off 1 ticket aan zich voorbijgaan. Nu focussen de spelers van coach Bölöni zich op de eerste wedstrijd tegen Oostende. Lieven is elke wedstrijd aanwezig.   

Om als voetballer of als supporter een wedstrijd mee te maken, het is niet hetzelfde. Hoe ervaar je een wedstijd als supporter bij Antwerp?   

Bosmans: “Voor elke club is dat verschillend, maar de sfeer op de Bosuil is uniek. Hoewel we naast het ticket voor PO1 grepen, hebben we een goed parcours afgelegd, en dat voel je. Elk vak is altijd uitverkocht, zowel uit als thuis. Er moeten vaak supporters teleurgesteld worden omdat er geen tickets meer zijn. Zelfs voor mensen met een abonnement is niet elke wedstrijd mogelijk. Alleen de echte ‘die hards’ kunnen naar de topwedstrijden gaan, vanwege het beperkt aantal plaatsen.”  

© Joppe Nuyts

Is er een groot verschil met toen je zelf op het veld stond?    

Bosmans: “Het heeft allebei z’n charmes. Iedereen droomt ervan om een doelpunt te maken voor zo’n groot publiek, zeker voor een ploeg als Antwerp. Anderzijds is de emotie die je naast het veld voelt tussen de supporters een niet te beschrijven gevoel. Het heeft natuurlijk ook te maken met in welke mate je betrokken bent, dat zie je zelfs bij de jeugd. Zij dromen er ook van om ooit in de spotlight te staan. Wellicht is dat maar voor een of twee spelers weggelegd, maar nu hebben ze minstens evenveel plezier naast het veld.”   

“Het grote verschil is dat er nu ontzettend veel wordt geïnvesteerd in de ploeg. Dat zijn we de supporters ook verschuldigd. De nieuwe grasmat ziet er fantastisch uit, en de stage in Spanje zal de spelers ongetwijfeld op scherp zetten. Hopelijk resulteert dat in goede resultaten op het veld.”  

"Antwerp leeft. Iedereen is euforisch en denkt aan de eerste ploeg."

Mis je het leven als profvoetballer?   

Bosmans: “Absoluut! Ik moet eerlijk zeggen dat ik na al dat blessureleed een tijdje bewust uit het voetbal ben gestapt. Maar voetbal is een verslaving, het maakt niet uit waar je speelt of wat het niveau is. Als jeugdtrainer herbeleef ik dat plezier; wanneer ik de gedrevenheid en de discipline van die jonge knapen zie, dan gaat mijn hart telkens wat sneller slaan.”  

© Joppe Nuyts

Jij hebt het zelf mogen ervaren, maar hoe belangrijk is de Antwerpse achterban voor de prestaties van de ploeg?   

Bosmans: “Het lijkt wel of ze geen seconde stoppen met zingen. De prestaties van de ploeg en de ‘drive’ van de supporters worden bij Antwerp vaak aan elkaar gelinkt. Ik kan je zeggen, die sfeer heeft een enorm effect op de spelers. We hebben de laatste speeldagen het Play-Off 1 ticket misschien uit handen gegeven, maar objectief gezien denk ik dat onze plaats misschien twaalfde of dertiende was, althans in het begin van het seizoen.”   

“Dat zie je ook aan speelstijl van Antwerp. De spelers tonen elke wedstrijd ontzettend veel grinta.  Een vol stadion heeft veel invloed op de spelers, dan steek je vanzelf een tandje bij. Je moet natuurlijk ook weten waar de grens ligt; het is belangrijk om de juiste focus behouden, en je niet te hard laten leiden.”    

Een slotvraag: Antwerp, een hobby of een passie?   

Bosmans (lacht): “Dat kan je niet als een hobby omschrijven. Antwerp is een echte passie, voor mij en voor veel trainers. Je steekt veel tijd en energie in de club, maar dat doe je met plezier. Zeker nu, Antwerp leeft. Iedereen is euforisch en denkt aan de eerste ploeg.”  


Dit artikel werd gepubliceerd door Het Nieuwsblad - Online op 05/04/2018

Dit artikel werd gepubliceerd door Apen.be op 05/04/2018

Dit artikel werd gepubliceerd door Het Antwerp Clubblad op 03/04/2018

 

vorige volgende