© Humanconditioned

Tien jaar geleden was je nog óf vrouw óf man. Tegenwoordig staan die afgebakende gendernormen op losse schroeven en lijken ‘hij’ en ‘zij’ niet langer te voldoen. “Wanneer anderen de juiste voornaamwoorden gebruiken, voel je je bevestigd als persoon.”  

Begin jaren dertig van de vorige eeuw kwamen taalonderzoekers Edward Sapir en Benjamin Lee Whorf met hun bekende Sapir-Whorfhypothese op de proppen. Die hypothese houdt in dat onze taal voor een groot stuk bepaalt hoe we naar de dingen en de wereld kijken. Wanneer er voor een object of een concept geen woord bestaat, kunnen we er dus niet over praten. Dat moet dan wel betekenen dat het niet bestaat, of wel?

Non-binaire personen krijgen dagelijks met dat probleem te maken. In het Nederlands bestaan nog geen officiële voornaamwoorden en geen vaste aanspreektitels voor mensen die zich niet in de binaire gendercategorieën ‘vrouw’ of ‘man’ identificeren. In 2016 heeft Transgender Netwerk Nederland een verkiezing georganiseerd met als grote winnaars die/hen/hun. Die voornaamwoorden zijn ondertussen het meest gebruikte genderneutrale alternatief. Toch zijn ze nog niet officieel erkend en ingeburgerd.  

Labels en hokjes

Een woord lijkt maar een woord. Toch kan het veel betekenen voor iemand. “Om jezelf en anderen beter te kunnen begrijpen zijn woorden zelfs heel belangrijk”, zegt psycholoog Daan Vandermeeren. “Je wil als mens kunnen interageren met anderen en gelijkgestemden vinden. Een woord of een ‘label’ zoals het vaak genoemd wordt, kan daar heel erg bij helpen en is dus niet per definitie slecht.”  

© Luca Armirotto

Luca Armirotto (22) is non-binair en heeft geworsteld met dat hokjesdenken. “Ik zit in een vrouwelijk lichaam maar voel me vrij mannelijk en dus wist ik het niet zo goed. Toevallig kwam ik op non-binariteit uit en ik voelde me er meteen thuis. Er viel zo’n last van mijn schouders. Ik begrijp wel dat mensen niet in een hokje geplaatst willen worden, maar het is wel belangrijk om je ergens thuis te voelen”, zegt Luca. “De term ‘non-binair’ is ook heel breed: er zijn zo veel benamingen binnen non-binariteit maar iedereen krijgt zijn plekje. De juiste woorden gebruiken is heel belangrijk voor mijn identiteit. Het maakt dat ik me geaccepteerd voel als persoon. Wanneer iemand bewust de foute voornaamwoorden gebruikt, is dat gewoon echt niet fijn.”  

“Als mensen ‘meisje’ of ‘mevrouw’ tegen me zeggen voelt het alsof ik een rolletje speel” – Alex

In tegenstelling tot Luca die met die of hen aangesproken wordt, gebruikt Alex Dechilly (22) zowel hij, zij, die als hen. Alex heeft het wel moeilijk wanneer iemand hen ‘mevrouw’ of ‘meisje’ noemt. “Ik kan het wel plaatsen. Soms zie ik er inderdaad vrouwelijk uit. Mensen noemen mij hoe ze me zien, maar dat is niet per se wie ik ben. Dan voelt het heel erg alsof ik een rolletje speel”, vertelt hen. “Maar omdat ik alle voornaamwoorden gebruik, kan je me dus niet misgenderen. Voor mensen die geen gegenderde voornaamwoorden gebruiken, zijn de genderneutrale woorden wel een echte erkenning voor wie ze zijn.”   

© Irma Vanobbergen

Niet in een hokje plaatsen

Het knelpunt ligt voor Irma Vanobbergen (24) eerder bij genderneutraal taalgebruik in het algemeen. “Op mijn werk spreken veel mensen me aan met ‘mevrouw’. Ik snap het wel; ze kunnen moeilijk zeggen: ‘Hey, persoon met de grijze trui’. Ik probeer zo veel mogelijk een sticker met mijn naam te dragen. Wanneer iemand me dan ‘mevrouw’ noemt, zeg ik gewoon ‘je mag Irma zeggen’ en dan pikken ze het wel snel op. Helaas weet ik ook dat wanneer ik er niet ben, anderen toch niet genderneutraal over me praten. Dat is niet fijn, alsof ik een of andere taalnazi ben." Irma vindt net als Luca belangrijk dat mensen hen niet in een hokje plaatsen. "Ze moeten er niet van uitgaan dat ik iets ben wat ik niet ben. Je mag gewoon genderneutraal tegen me doen”, vertelt hen. “Het is niet omdat je je als genderneutraal persoon iets ‘vrouwelijker’ of net ‘mannelijker’ kleedt, dat je daarom niet langer non-binair bent. Genderexpressie is volledig vrij voor elke individu.”  

Ook psycholoog Daan Vandermeeren benadrukt dat je je oordeel over iemands identiteit niet mag baseren op het uiterlijk. “Als je iemand ziet en je beslist dat die er zus of zo uitziet, dan plaats je die persoon automatisch in een bepaalde categorie. Alle informatie die je doorheen je hele leven verzameld hebt over die categorie ga je meteen op die persoon toepassen. Maar wanneer anderen je benoemen met de juiste voornaamwoorden, voel je je bevestigd”, vertelt hij. “Als je iets nooit een gepaste naam geeft, maakt dat het moeilijker om over te praten en wordt het al snel taboe. Toch zijn er veel mensen die het wel over non-binariteit willen hebben. Al is het maar om anderen handvaten aan te reiken om zelf hun identiteit te ontdekken”, legt Daan Vandermeeren uit.    

Een nieuwe taalstrijd

Ondanks de nood aan genderneutrale taal voor de identiteit van non-binaire personen blijkt de inburgering van de voornaamwoorden niet van een leien dakje te lopen. Taalspecialisten stellen zich vragen bij de kwestie. Passen de nieuwe voornaamwoorden wel in de grammatica? En wordt het allemaal niet te ingewikkeld? Docent aan de KU Leuven en hoofdredactrice bij Ad Rem, Priscilla Heynderickx, verwacht dat die/hen/hun voor te veel verwarring zal zorgen. “Het gaat dan over bestaande voornaamwoorden die een andere invulling krijgen. Dan neemt de ambiguïteit toe. Maar een nieuw systeem ontwikkelen is ook niet onproblematisch: waarop ga je je baseren en hoe krijg je daar een consensus over?”

Ook VRT-taaladviseur en hoofdredacteur bij Van Dale, Ruud Hendrickx, vreest voor verwarring. “Hen en hun worden met de derde persoon meervoud geassocieerd. Het taalgevoel van mensen valt niet zo eenvoudig te veranderen”, klinkt het. “Ik zou eerder voor ‘die’ en ‘diens’ gaan, dat roept veel minder weerstand op. Maar non-binaire mensen hebben voor die/hen/hun gekozen en wie ben ik om die keuze niet te respecteren? Ondertussen staat ‘hen’ ook als genderneutraal voornaamwoord in de Grote Van Dale. Al is dat nog met de aanduiding ‘niet algemeen’: het wordt al gebruikt maar is nog niet ingeburgerd in het algemene taalgebruik. Dat kan wel nog komen.” 

‘Hen’ staat ondertussen als genderneutraal voornaamwoord in de Grote Van Dale. Het is nog niet ingeburgerd maar dat kan nog komen.” – Ruud Hendrickx
© Alex Dechilly

“In het Engels wordt ook vaak gezegd dat ‘they/them’ als enkelvoud verwarrend is maar taal bestaat toch voor een groot deel uit context”, vindt Alex. “Je kan uit de zin afleiden over wie het gaat.” In Engelse taalgebieden blijken de termen inderdaad al meer ingeburgerd dan in het Nederlands. “Of we nu nieuwe voornaamwoorden of die/hen/hun gebruiken, er gaat altijd backlash zijn”, denkt Alex. Ook bij Çavaria is het duidelijk dat de taal moet meegaan met de realiteit. “De taal loopt een beetje achter terwijl ze nochtans heel veranderlijk is. Wij moedigen bij Çavaria alleen maar aan om de genderneutrale, inclusieve voornaamwoorden mee te nemen in de hedendaagse taal. We laten ons niet tegenhouden door strikte taalregels”, zegt Louise Volckaert van Çavaria. “De maatschappij is op zich heel binair en als je dan enkel hij of zij kan gebruiken, versterk je die binariteit alleen maar. De genderneutrale voornaamwoorden zijn tegelijkertijd een heel belangrijke manier zijn om je identiteit uit te drukken. Consequent genderneutrale voornaamwoorden gebruiken kan helpen om dat binaire in de samenleving te doorbreken. Zo kan iedereen uiteindelijk zijn wie hen wilt zijn.”  

Hoop voor de toekomst

Ondanks de moeilijke weg, voelt de non-binaire gemeenschap dat er geleidelijk aan verandering komt. Steeds meer mensen geven bewust hun voornaamwoorden aan en respecteren die van anderen. “Voor ik besefte dat ik non-binair was, kende ik maar één non-binair persoon in mijn vriendengroep. Nu we met meer zijn, wordt het debat veel meer opengetrokken. Er wordt over gepraat en meer mensen komen met non-binaire personen in contact”, vertelt Luca.

Toch is er nog werk aan de winkel. Çavaria roept iedereen op om hun voornaamwoorden aan te geven op sociale media of in e-mails. Op die manier wordt een veilige plek gecreëerd waar mensen mogen aangeven hoe ze aangesproken willen worden. Irma hoopt dat genderneutraal taalgebruik snel ingeburgerd is. “Eigenlijk zie ik het probleem niet: Als iemand zegt dat die met een bepaald woord aangesproken wilt worden, dan moet je dat uit respect gewoon doen.” 

Alex merkt ook dat steeds meer vrienden hun voorkeur op sociale media aangeven. “Het normaliseert het feit dat niet iedereen de binaire voornaamwoorden gebruikt en het maakt de conversatie veel gemakkelijker. Maar het zorgt er ook voor dat mensen die nog op zoek zijn naar hun identiteit hun weg makkelijker vinden”, vertelt hen. 

Wat het uiterlijk prijsgeeft, komt dus niet altijd overeen met de identiteit van de persoon. Open zijn over je voornaamwoorden creëert duidelijkheid en openstaan voor de voornaamwoorden van anderen creëert veiligheid. Bij deze: mijn voornaamwoorden zijn zij/haar, en wie bent u?  

vorige volgende