Mobiliteit leren blinden en slechtzienden vanaf de lagere school. Als je met een visuele beperking wordt geboren, leer je al in de kleuterschool om je te oriënteren. Die lessen zijn constant in beweging. Onze reporter Pieter-Jan, zelf blind sinds zijn vijf, legt de huidige mobiliteitstrainingen voor blinden en slechtzienden uit.

Een vraag die ik als blinde vaak krijg, is: “Hoe vind jij de weg?” Simpel: we leren dat op school. Ook door zelfontdekking (en veel stoten) leer je veel bij. Als je echter blind wordt, zoals ik, kun je mobiliteit leren. Zo lang je maar een goed geheugen hebt. Leeftijd speelt geen rol.

Hoe ik eraan begonnen ben? Wel, je leert eerst de twee technieken: de tiktechniek en de roltechniek. Het tikken kun je vanaf dat je je witte taststok hebt, waarmee je een paar centimeter boven de grond van links naar rechts zwaait. De roltechniek doe je met een extra stukje dat je er opzet. Dat is een soort wieltje, dat je van links naar rechts rolt met de punt van je stok over de grond. Ik had die technieken in het lager redelijk snel onder de knie.

Daarna probeert een lesgever of je, zonder te botsen, met je stok veilig kunt door een gebouw lopen. Als dat lukt, gaan ze op straat oefenen. Eerst een korte route, op termijn langere trajecten. In de eerste plaats naar de locaties waar je zelfstandig wilt geraken.

Echolocatie

De laatste jaren is een techniek ontwikkeld die je in combinatie met het stoklopen kunt gebruiken. Die techniek is gebaseerd op… vleermuizen. Die beestjes gebruiken al eeuwen lang echo's om hun weg te vinden.

Door het tikken met je stok doe je al aan passieve echolocatie. Als een blinde persoon klikgeluiden maakt met zijn tong, kan ook hij of zij hindernissen ontwaren. Zo werd actieve echolocatie geboren, die nu langzaam maar zeker ingeburgerd raakt in België. Je moet je daar wel heel erg voor concentreren, want elke ruimte is anders.

Je gehoor is als blinde doorgaans beter ontwikkeld. Doordat de functie ‘kijken’ wegvalt, gaat je concentratie meer naar je andere zintuigen, maar het vraagt toch heel wat oefening. Ik heb eens een infosessie over deze techniek bijgewoond, maar ik zie het mezelf nog niet direct doen.

Technologische hulpmiddelen

Een tweede techniek die mensen met een visuele beperking kunnen gebruiken, is de gps in je gsm. Die technologie staat nog niet zo ver dat je tot op de meter kunt bepalen waar je vertoeft, maar het is – net zoals voor een ziende – handig om een route uit te stippelen. Of als je niet weet in welke straat je staat: even je gps aanzetten en je weet tenminste waar je vertoeft.

Er zijn ook apps die je op je smartphone kan installeren, zoals BlindSquare. Die baseert zich op het gps-signaal dat je in je smartphone kan activeren en geeft meer informatie dan pakweg Google Maps. Op de reviewsite ‘Blind Tech’ kan je meer over de app te weten komen, en op YouTube prijkt ook een filmpje:

Uiteraard kan dit alles met de hulp van blindengeleide honden, de bekendste aanvulling op de witte stok. Als je je niet zo zeker genoeg voelt om alleen op straat te komen, dan kan de hond wel eens de oplossing zijn. Het enige nadeel is dat je het dier uiteraard ook moet verzorgen - je kunt hem niet afzetten zoals een gsm. De keuze maak je zelf: ik ben redelijk zelfzeker op straat en zie me zelf niet direct een hond aanschaffen.

Hulp verlenen

Als je een man of vrouw met een visuele handicap op straat wil helpen, hou dan in gedachten dat je een blinde persoon niet zomaar mag vastnemen. Als de blinde hulp toestaat, vraag dan simpelweg waarheen hij of zij wil gaan. Ga je eventueel die kant op, laat de persoon met een visuele beperking dan je arm vastnemen, zodat je voor hem loopt. Zo kan die detecteren als je naar links of rechts gaat. Als je de blinde persoon voor je laat lopen, kan het zijn dat hij het niet voelt als je wilt afslaan.

Ik maak het geregeld mee dat iemand me vastneemt en me meesleurt. Als je dan zegt: “Het lukt wel” reageren de meeste mensen impulsief en laten ze je staan, 10 à 20 meter van de plaats waar je werd vastgenomen. Dat is allesbehalve een comfortabele situatie, want als blinde ben je dan meestal je oriëntatie kwijt.
Heel wat blinden zijn zelfredzaam, dus als het antwoord nee is, laat hem dan ook doen.

Je kunt de persoon in kwestie in de war brengen door anders te lopen en/of op een verkeerde route zetten. Vraag dus altijd eerst aan de man of vrouw of je kan helpen. Als je dat voor hem of haar beslist, neem je eigenlijk de vrijheid van die persoon af. Maar als je hem een kwartier later nog ziet zoeken, kun je het altijd nog eens vragen.

Hoe vraag je mobiliteit aan als blinde?

Je hebt in ons land verschillende mogelijkheden. Als je jonger dan 18 bent, zal de aanvraag waarschijnlijk lopen van de school waar je naartoe gaat. Wil je je kunnen zelfstandig verplaatsen in het verkeer, dan helpt de school je om mobiliteit te krijgen.

Ben je volwassen, of krijg je op latere leeftijd een visuele beperking, dan meld je je aan bij een organisatie die mobiliteit met de witte stok aanbiedt. Die info kun je navragen bij het ziekenfonds waar je ingeschreven bent.

© 2016 – StampMedia – Pieter-Jan Clement


Dit artikel werd gepubliceerd door Newsmonkey.be op 03/02/3016