Gisteren en eergisteren raakte bekend dat bij de uitgeverijen Corelio en De Persgroep respectievelijk 60 en 26 mensen ontslaan zullen worden. De economische recessie en de daarmee gepaard gaande dalende omzetten en stijgende onkosten alsook de steeds moeilijker wordende advertentiewerving worden als verklaring voor deze maatregel naar voor geschoven.

Algemeen hoofdredacteur van de VUM Peter Vandermeersch verdedigde deze beslissing gisterenavond in Terzake vurig. Om te beginnen moeten we heel de zaak een beetje relativeren. Zestig mensen op een personeelsbestand van 1.021 is tenslotte slechts 6%. Bovendien neemt Corelio hiermee stappen om zich te wapenen tegen de economische crisis, stappen die bijvoorbeeld de VRT niet heeft genomen en waar 150 mensen hun baan zullen verliezen tegen 2011.

Hoofdredacteur van De Morgen Klaus Van Isacker, die naast Vandermeersch zat, ontkende ook ten stelligste dat het verdwijnen van de 26 banen ten koste zou gaan van de kwaliteit van de krant. Nochtans gaat het bij De Morgen wel om nagenoeg een derde van de werknemers.

Er is dus niets meer aan de hand dan twee grote bedrijven die zich wapenen tegen de nefaste gevolgen van de economische toestand. Of toch niet? Pol Deltour, nationaal secretaris van de VVJ, suggereerde op de radio dat bedrijven als Corelio en De Persgroep wel tegen een stootje kunnen en het dalen van advertentie-inkomsten tot nader order geen onoverkomelijk probleem is. Deltour vermoedt dat achter de economische redenen een strategie schuilt om zich van oudere en lastige en kritische werknemers te ontdoen. Een stelling die in Terzake niet eens aan bod kwam. Ook het personeel van De Morgen vindt een ontslag van 26 mensen niet te verteren, zelfs met een economische crisis in het vooruitzicht. Het gemeenschappelijk vakbondsfront zegt bovendien dat de persvrijheid in Vlaanderen gevrijwaard moet worden en persbedrijven niet louter bedrijfseconomisch benaderd mogen worden. Intussen is ook gebleken dat de verschillende mediadirecties hun acties vooraf hebben afgesproken.

StampMedia is een jongeren media-agentschap dat, het woord zegt het zelf, jongeren de kans geeft om zich te profileren in de media. De jongeren binnen StampMedia komen uit alle lagen van de bevolking, zijn tussen 16 en 26 jaar, en bulken van de ambitie. Zij worden door professionele mensen begeleid en worden om de oren geslagen met begrippen als ‘bronnen checken’, ‘journalistieke deontologie’ en ‘woord en wederwoord’. Deze jongeren luisteren geboeid, zuigen als sponsen alles op en verwerken dat in hun stukken en reportages. Veel van hen hebben in de journalistiek het ei gevonden dat ze altijd al hebben willen leggen. Omdat ze vanuit de journalistiek commentaar kunnen geven op de wereld. Omdat ze vanuit een aandoenlijk naïef idee de moed putten om via de journalistiek die wereld te veranderen.

En dan komen twee hoofdredacteurs, het leek wel zonder de minste voeling met hun eigen redacties, verkondigen dat persbedrijven niet meer zijn dan gewone bedrijven en dus omwille van economische redenen mensen moeten ontslaan, ondanks het feit dat lees- en verkoopscijfers meer dan voldeden. Bovendien hangt er een scherp luchtje aan heel het verhaal. Want hoe kun je nu met uitgestreken gezicht beweren dat als een derde van je personeel de laan wordt uitgestuurd, de kwaliteit van je krant er niet zal onder lijden? Hoe kun je garanderen dat als een journalist nu ook zelf zijn/haar foto’s moet trekken, zijn/haar stukken nog voldoen aan de hoge journalistiek eisen van een kwaliteitskrant? En wat trouwens met het lot van de beroepsfotografen? Hoe kun je nu verwachten van een journalist dat hij de tijd heeft om een degelijk onderbouwd stuk te schrijven als er bij aanvang nog zeven andere opdrachten wachten die hij/zij voor de deadline moet afwerken omdat er geen collega’s meer zijn die dat in zijn/haar plaats kunnen doen? Hoe kun je nog vertrouwen hebben in een hoofdredacteur die verondersteld wordt om te waken over zijn troepen maar eerder de belangen dient van een grote Belgische ondernemer? Waar bevindt zich de onafhankelijkheid van een redactie als de beslissingen over de hoofden van de redactieleden genomen wordt door de CEO van het persbedrijf?

We mogen niet blind zijn voor de economische realiteit. We mogen ook niet blind zijn voor de evolutie die de media ondergaan. Het internet wordt een grote speler en het belang ervan mag niet onderschat worden. Links en rechts wordt nu al gefluisterd dat kranten zoals we ze vandaag kennen op termijn helemaal zullen verdwijnen. Het belang van de nieuwe media wordt niet ontkend door Vandermeersch en Van Isacker, integendeel. Dat journalisten zich zullen moeten aanpassen aan die nieuwe media is duidelijk. De vraag is alleen op welke manier.

Als ik het positief bekijk, kan StampMedia hier een belangrijke rol spelen. StampMedia is in een gigantisch gapend gat gesprongen. Berichtgeving over en door jongeren is quasi onbestaand, of het gaat over moordende, geweldplegende, drugsgebruikende en te vroeg zwanger gemaakte jongeren. Dat jongeren zelf doorhebben dat er problemen zijn – waar zijn die overigens niet? – lijkt over het hoofd gezien te worden. Dat ze oplossingen kunnen aanreiken voor die problemen door erover te berichten op een niet-tendentieuze manier, wordt niet erkend. De jonge reporters van StampMedia werken zich uit de naad om op journalistiek verantwoorde manier een correct verhaal weer te geven. Deze reporters kunnen dus een aanvulling zijn voor een traditionele redactie. Maar ook deze jongeren zijn niet ongevoelig aan berichten over ontslagen in de media. Zeker niet als er vraagtekens geplaatst worden bij de beweegredenen ervan.

Elke journalist in hart en nieren bevestigt dat zijn job de mooiste van de wereld is. Maar voor hoelang nog? Freelancers worden, zeker in de krantenwereld, zelden naar waarde geschat en enkel (uitzonderingen niet te na gesproken) ingezet uit economische overwegingen. Bovendien zullen de freelancers evengoed delen in de klappen van de aangekondigde saneringen. Maar nu is zelfs de journalist in vast dienstverband niet meer zeker van een bestaan. Als wij, de ouders, de hoge scholen, universiteiten en initiatiefnemers van iets als StampMedia jonge mensen willen motiveren om aan journalistiek te gaan doen, wat voor perspectief kunnen wij hen aanbieden? Dat de journalist, net als eender welke andere werknemer, een speelbal is in het spel van vraag en aanbod? Dat de journalist een pion is op het schaakbord van een CEO en verantwoording aan hem heeft af te leggen in plaats van aan een hoofdredacteur? Dat een journalist niet meer kritisch mag nadenken en schrijven, uit angst om de deur te worden gewezen?

Han Zinzen
Hoofdredacteur StampMedia


Dit opiniestuk werd gepubliceerd op Mediakritiek.be op 04/12/2008.