Liefste

“Tempus fugit!” waarschuwde Vergilius ons reeds zo’n bescheiden 2053 jaar geleden.

En kijk eens hoe de tijd gevlogen is sinds die tijden vervlogen zijn.

Als hij nog had geleefd zou Vergilius onze gebruiken op nostalgische wijze verwensen: “In mijnen tijd he, dan telde een jaar 355 dagen en vierde wulle nieve jaar op 1 maart. Die oneerbiedige monotheïsten ook me hun kapsones en hun ‘moderne’ kijk op de kalender…”

En de toenmalige jeugd van tegenwoordig zou antwoorden: “Ja Vergilleke, ge moet gij meegaan me uwen tijd he jonge. Oudejaarsavond op 28 februari is zo prechristorisch. JC heeft ten minste voeling met de jeugd. Terwijl die systeempolitici vastgeroest zitten in hun kibbelkabinetten, slaven van hun eigen profileringsdrang, ziekelijk gefixeerd op hoeveel stemmen ze kunnen fiksen bij de volgende verkiezingen me hun gezeik over het behoud van ‘ons’ cultureel erfgoed, (*spuugt op de grond) fucking raciste, is JC ten minste wakker. Hij kijkt voorbij de leugens van de rijke, witte, cisgender, heteroman van middelbare leeftijd…gij weet. JC is woke bruur.  Kijk wa hij doet voor het milieu. Hij lijmt zichzelf vast aan een houten beeldhouwwerk uit protest tegen de klimaatopwarming en de houtkaplobby. ‘k Weni bro, maar JC is echt gewoon een vibe. Nie moeilijk da hij zoveel volgers heeft…op de gram.”

En zo zou Vergilius, ons Vergilleke, nog maar eens op brutale wijze geconfronteerd worden met wat hij al wist, maar door het verstrijken der jaren alweer vergeten was…

“Tempus fugit”

Want hoe vaak we het ook te horen krijgen en onszelf eraan herinneren dat de tijd ongrijpbaar is, toch verliezen we ons telkens weer in eindeloos gezanik over hoe de tijden veranderen, hoe de mensen van generatie op generatie steeds meer vervellen tot softies die zich zelfgenoegzaam wentelen in hun slachtofferrol, hoe het leven almaar duurder wordt, hoe overheden smijten met geld dat ze niet hebben net omdat het leven almaar duurder wordt, hoe vakbonden desondanks toch staken…gewoon omdat het kan, hoe niemand nog ‘nee’ durft te zeggen omdat de geringste vorm van afwijzing iemand zodanig kan kwetsen in zijn, haar, of hun zijn dat hij, zij of die zich ontkent voelt in zijn, haar of hun bestaan, hoe vreemden allochtonen werden, hoe allochtonen mensen van een andere origine werden, en hoe ook zij worden omgedoopt tot nieuwkomers. Geplaagd door oorlog, #Metoo, milieurampen, armoede, racisme en dan nog een identiteitscrisis erbovenop…och arme die minderheidsgroepen. Hoe het “wij- zij-denken” ook het eufemisme ‘nieuwkomers’ zal besmeuren met een nieuwe negatieve connotatie, hoe we naïef denken dat de benaming van groepen en fenomenen de Heilige Graal is die ons zal leiden naar het pad der verlossing, onvoorwaardelijke acceptatie en eeuwige naastenliefde, hoe de wereld naar de kl… gaat en het vroeger allemaal beter was.

Ach ja…

 

“Tempus fugit”

Want zo is het maar net. De tijd ontglipt ons zoals het zand de wanden van haar loper ontglipt.

Ook dit moment gaat ons met rasse schreden voorbij. De wind van wat geweest is voert elk woord dat ik spreek met zich mee, en brengt een volgend moment alweer dichter bij.

Maar gelukkig was ik, net zoals Vergilius, de tijd te slim af. Want ik schreef een brief. Verdwenen in de stilte van het verleden is alles wat ik zei, de grenzen van dit moment voorbij, maar dankzij het geschreven woord immer nabij. Deze brief fluistert: “Koester dit moment, want dat is het enige dat telt. Koester mij.”

Want “Tempus fugit” dixit Vergilius.

En “Verba volent” maar “Scripta manent” zoals Caius Titus zo pienter zei.

Dag 2022, u mag gaan. 2023 kondigt zich al aan. En voor we het goed en wel beseffen is ook dat jaar tot het stof van onze herinneringen vergaan. Maar onze band zal altijd de tand des tijds doorstaan.

Beste wensen, van uw medemens Thias Rombouts

vorige volgende