Voor de eerste keer nam auteursrechtenorganisatie SABAM deel aan Open Bedrijvendag op zondag 5 oktober. Een gouden kans voor een vereniging die een niet al te beste reputatie heeft. “Maar het is niet meer dan normaal dat de auteurs krijgen wat hen toekomt.”

“Geldwolven! Mierenneukers! Aasgieren!” Het zijn maar enkele benamingen die auteursrechtenvereniging SABAM wel eens naar het hoofd geslingerd krijgt. Als u denkt dat de organisatie zich daarom ergens veilig en ver weg in een ondergrondse bunker verschanst heeft, ver weg van morrend Vlaanderen, bent u wel even mis.  SABAMs hoofdkwartier is gewoon een van de vele grijze gedrochten die betonjungle Brussel rijk is. Ter gelegenheid van Open Bedrijvendag was de hoofdzetel zelfs een hele dag toegankelijk voor publiek.

De rode loper ligt uit in de Brusselse Aarlenstraat. SABAM staat in het groot op de ramen aan weerszijden van de knalrode toegangsdeur. Een man rookt zijn sigaretje op, dooft zijn peuk op de stoeprand en stapt naar binnen. “Francophone? Nederlands?”, vraagt een breed lachende hostess terwijl ze hem een zakje met brochures en een pen overhandigt. “U kan de route daar aanvangen. Gewoon de pijlen volgen”.

Eerste halte, een ruimte die verdacht veel weg heeft van een kopieerlokaal. Een talking head op een monitor geeft wat cijfermateriaal mee en legt uit dat we ons in de databaseruimte begeven. Computers zo groot als kleerkasten slaan de gegevens van  meer dan 39.000 auteurs op. Zeer interessant, maar de echte tour begint boven pas.

Misvattingen de wereld uit

SABAM is zich maar al te bewust van haar slechte reputatie. In elke kamer staat er wel een pancarte die een of andere misvatting over SABAM de wereld uit moet helpen. “SABAM zit op een matras van 500 miljoen euro. Fout!” “SABAM bevoordeelt de grote sterren. Fout!” Of de meest gehoorde: “SABAM is een corrupte organisatie. Fout!”.

“Wij worden grondig gecontroleerd door de FOD Economie en andere instanties. Het geld moet, op een kleine commissie voor werkingskosten na, naar de auteurs gaan”, vertelt Sven, die al twintig jaar voor SABAM werkt.  Een zelfgemaakt filmpje over de ‘weg van het geld’, dat veel weg heeft van een goedkope promospot, moet bewijzen dat er daadwerkelijk niets aan SABAMs vingers blijft plakken.

Basta en andere ongein

SABAM kwam in 2011 in het oog van de storm terecht toen het tv-programma Basta de auteursrechtenvereniging op de rooster legde. Zo werden er facturen aangemaakt voor onbestaande en niet aangesloten artiesten als Suzi Wan (genoemd naar een potje zoetzure saus) of Kimberly-Clark (elektrische handendroger). “Totaal van de pot gerukt”, reageert Sven niet al te aangeslagen.

“Je weet hoe de media zijn hè”, treedt zijn jongere collega Tim hem bij. “Als niet aangesloten artiesten werken van anderen coveren, moeten ook zij betalen.”  Hoe dan ook betaalde SABAM na de uitzending alles netjes terug, al liet het bedrijf een jaar later wel weten dat het geen inningen meer zal terugbetalen.

Leve de auteurs

“SABAM is er voor de auteurs.” Dat is wat de vereniging op deze Open Bedrijvendag wil uitstralen. “Ik ben fan van SABAM”, geeft zanger Flip Kowlier toe in een reeks filmpjes waarin zijn collega-auteurs diezelfde mening delen. Dat SABAM ook van zijn leden houdt, is te zien aan de lokalen die zijn vernoemd naar bekende aangesloten auteurs als Toots Tielemans, Kamagurka of Jacques Brel.

In een van de kantoren is een tafel gedekt met mosselpotten. Daarmee wil SABAM op ludieke wijze iets duidelijk maken. “Ook voor evenementen zoals mosselfestijnen waar de muziek ‘slechts’ achtergrond is, moet SABAM betaald worden”, legt een medewerkster uit. “Veel mensen begrijpen dat niet, maar het is niet meer dan normaal dat de auteurs krijgen wat hen toekomt.”

Praatjes vullen geen gaatjes

Of SABAM ooit zijn vele geuzennamen zal kwijtspelen, is maar zeer de vraag. Praatjes en Open Bedrijvendagen vullen tenslotte geen gaatjes. Het doel is nobel, maar de werking is voor het grote publiek niet altijd even transparant genoeg.  “We gaan in de komende jaren aan onze reputatie werken”, verzekert Sven.  “Mensen moeten leren inzien dat SABAM geen belastingdienst is, maar een organisatie die opkomt voor de auteurs.”

© 2014 – StampMedia – Jef Cauwenberghs