Jonge bestuurders blijven een risicogroep in het verkeer. Dat blijkt ook uit de cijfers die aan de basis liggen van het verplichte terugkommoment: volgens een analyse van Vias is meer dan één op de drie bestuurders die bij een ongeval met gewonden betrokken raken een jongere.
Het terugkommoment is een verplichte opleiding die je moet volgen, enkele maanden na het behalen van het rijbewijs. Tijdens het terugkommoment krijgen jonge chauffeurs een combinatie van gesprekken en praktijktesten. Maar het is geen klassieke les.
“Het is eerder een beleving”, zegt Erwin Mombaerts, een begeleider van het terugkommoment. “We confronteren hen met wat fout kan gaan. De ene chauffeur heeft te veel vertrouwen, de ergsten zijn natuurlijk degenen die dénken dat ze kunnen rijden”, lacht hij. “Anderen hebben weer minder ervaring. Studenten die op kot zitten krijgen al minder kansen om op de weg te komen. Maar bijna iedereen beseft na afloop hoe snel het mis kan lopen.”
De deelnemers doorlopen drie praktijkoefeningen: een ontwijkoefening, een noodstop, en een alcohol- en afleidingsproef met simulatiebrillen. Ze sluiten af met een groepsgesprek. Vooral de ontwijkoefening maakt indruk.
De 19-jarige Jill Swinnen nam onlangs deel aan het terugkommoment. Ze herinnert zich vooral de slipproef. “In het begin draai je kei veel rondjes”, vertelt ze. “Je denkt dat je kunt autorijden, maar eigenlijk ben je nog een beginnertje.” Ze merkte snel hoe kleine snelheidsverschillen grote gevolgen hebben. “Twee kilometer per uur sneller en je slipt meteen veel feller. Dat besef komt keihard binnen.”
Bewustwording van middelengebruik
Naast de oefeningen is er ook een groepsgesprek, waar deelnemers ervaringen delen en de risico’s van alledaagse gevaren bespreken. “Zoals een laagstaande zon. Dat lijkt onschuldig, maar veroorzaakt enorm veel ongevallen”, legt Jill Swinnen uit. “Door dat te horen, ga je de volgende keer automatisch alerter de baan op.”
Volgens Mombaerts onderschatten veel jongeren vooral de impact van rijden onder invloed. “Ik moet bekennen dat het wat alcohol betreft nog wel meevalt met deze generatie. Er zijn andere middelen die opduiken. Drugs zoals lachgas, maar ook medicatie én vooral ook vermoeidheid. Veel jongeren weten niet welke juridische en menselijke gevolgen dat kan hebben.”
Het prijskaartje waard
Jill Swinnen ging met gemengde gevoelens naar het terugkommoment, maar kwam er anders buiten. “Ik snap nu waarom het verplicht is. Je leert wat je moet doen, al weet ik niet of ik bij stress meteen juist zou reageren. Maar dat inzicht alleen al is waardevol.”
Ook de prijs van 125 euro, die vaak een punt van kritiek is, vindt ze gerechtvaardigd. “Je mag hun auto’s gebruiken, je krijgt materiaal, begeleiding, zelfs een drankje en koekjes. Voor wat je allemaal doet, is het echt oké.” Mombaerts begrijpt de discussie, maar plaatst die graag in perspectief. “Wat kost een ticket voor Tomorrowland? Dit is goedkoper, en het kan je leven redden in een noodsituatie.”