© Unsplash

Op 11 maart 2021 stemt het Europees Parlement een resolutie om van de Europese Unie een ‘LGBTIQ+ Freedom Zone’ te maken. Met die resolutie wil het Parlement Polen en Hongarije, die er geen probleem mee lijken te hebben de mensenrechten aan hun laars te lappen, van repliek dienen. Maar wanneer het over homofoob geweld gaat, moeten we de landsgrenzen niet eens oversteken. In het licht van de moord op David in Beveren komt deze resolutie dan ook geen dag te vroeg.

We gaan terug naar het jaar 2012. Na een laatste drankje in een populair Luiks holebicafé stapt Ihsane Jafri bij jonge feestvierders in de auto. Dagen later treffen twee wandelaars zijn lijk aan in een veld. Vier twintigers worden opgepakt, de zaak wordt voor het eerst in België bestempeld als dood door homofoob geweld.

Negen jaar later wordt een man via een datingapp voor homo’s naar een plek gelokt waar hij geslagen, gestoken en voor dood achtergelaten wordt. Opnieuw worden drie jongeren opgepakt, en hoewel het parket niet kan bevestigen dat de man slachtoffer werd van gaybashing, waren twee van de drie jongeren bij het gerecht gekend voor homohaat.

Kracht van empathie

Lukas Dhont, regisseur van het alom gelauwerde Girl en zelf lid van de LGBTIQ+-gemeenschap, kreeg zelf ook te maken met homofoob geweld, zo vertelt hij tijdens een live debat in het Europees Parlement, gemodereerd door Bo Van Spilbeeck. “Er is momenteel een film in de maak over die moord op Ihsane Jafri. Maar als je ziet dat de geschiedenis zich blijft herhalen, vraag je je soms af hoeveel kunst er nog gemaakt moeten worden voor mensen beseffen dat je zo’n drama’s alleen kan voorkomen wanneer we ophouden met in hokjes te denken.”

"Hoeveel kunst moet er nog gemaakt worden voor mensen ophouden met in hokjes te denken?"
- Lukas Dhont, regisseur van 'Girl'

Ook Jaouad Alloul, artiest en ondernemer, gelooft dat kunst ons veel kan leren, al maakt hij daarbij een belangrijke kanttekening: “België is al een complex land, met al z’n socio-economische lagen, en toch vinden extreemrechtse partijen het nodig om ons land nog meer te verdelen. We raken de verbinding met elkaar kwijt, en daarom betwijfel ik of landen zomaar buitensluiten uit de Europese Unie wel zo’n goed idee is.”

Geldkraan dicht

Wanneer hij dat zegt, doelt hij natuurlijk op Polen en Hongarije, die met vlijt homorechten terugschroeven. Gemeenschappen inrichten als zones die ‘vrij zijn van de LGBTIQ-ideologie’, de geldkraan dichtdraaien voor organisaties die opkomen voor gelijkheid, activisten oppakken en pride’s afbreken, of het bestaan van transgenders en interseksuelen negeren zijn maar enkele voorbeelden van de maatregelen die er getroffen worden. Maar hoe reageren Polen zelf?

Bart Staszewski, Pools filmmaker en LGBTIQ+-activist, laat zijn licht op de situatie schijnen. “Wat mij betreft moet Europa haar fondsen aan lidstaten tegenhouden wanneer die de Europese waarden niet respecteren. Het klopt dat een homofobe minderheid onze regering uitmaakt, en dat zij de mannen met macht zijn. Maar wat ze niet mogen vergeten, is dat de échte macht ligt bij de activisten die nu op straat komen voor meer solidariteit, wanneer die naar de stembus trekken.”

De echte macht ligt bij de mensen die nu op straat komen voor meer solidariteit.
- Bart Staszewski, Pools filmmaker en LGBTQ+-activist

De vraag hoe deze resolutie te rijmen valt met de situatie in lidstaten als Polen en Hongarije kwam tijdens het debat dan ook niet zelden naar voren; een infringement-procedure werd door verschillende partijen als mogelijke oplossing geopperd. Maar hoe gaat dat allemaal in z’n werk?

“De Commissie moet actie ondernemen”

Belangrijk om te begrijpen is hoe de instellingen nu eigenlijk werken. Het Europees Parlement beslist, samen met de Raad van de Europese Unie (niet te verwarren met de Raad van Europa), over de Europese wetgeving. Concreet wil dat zeggen dat het Parlement de Europese wet uitmaakt. De Europese Commissie daarentegen dient wetsvoorstellen in, en controleert ook of de lidstaten zich wel netjes aan de regels houden. Is dat niet het geval, dan kan de Commissie een inbreukprocedure tegen een lidstaat beginnen.

"Een inbreukprocedure tegen Polen en Hongarije is perfect te rechtvaardigen."
- Rémy Bonny, politiek wetenschapper en LGBTQ+-activist

Wat Rémy Bonny, politiek wetenschapper en LGBTIQ+-activist betreft, zijn er juridisch gezien redenen genoeg die zo’n inbreukprocedure tegen Polen en Hongarije kunnen rechtvaardigen: “Het Parlement heeft zich al vaak uitgesproken voor de LGBTIQ+-gemeenschap, maar dat bleek niet genoeg om tolerante volksvertegenwoordigers verkozen te krijgen. Nu is het aan de Commissie om actie te ondernemen.”

Tolerantie alleen is niet genoeg

Volgens Europarlementslid Hilde Vautmans is tolerantie alleen niet voldoende: “Er moet ook aanvaarding zijn. Volgens mij is voorkomen nog altijd beter dan genezen. Als we kinderen al vroeg tonen hoe diversiteit eruitziet, dan kunnen zij weer aan hun ouders leren hoe het moet.”

Terwijl er – terecht – veel aandacht uitgaat naar de wantoestanden in andere Europese lidstaten en hoe die aangepakt moeten worden, kan je jezelf echter afvragen hoe de situatie eigenlijk gesteld is bij ons in België. Volgens de Rainbow Europe Map, een kaart die beoordeelt hoe het met de gelijkheid voor de LGBTIQ+-gemeenschap in Europese landen is gesteld, doen we het zeker niet slecht: met 73,24 op 100 sieren we de tweede plaats, na Malta (89,10) en voor Luxemburg (72,95).

"Haat is niet aangeboren, maar aangeleerd."
- Sara Matthieu, Europarlementslid

En toch is het zelfs in landen met een goed rapport niet altijd veilig, zo weet Cyrus Engerer, Maltees Europarlementslid: “Na de moord op David stond ik voor het Parlement een foto te maken met een regenboogvlag toen een groep jongeren passeerde en me begon uit te schelden. Toen de security aangesneld kwam en voorstelde om de vlag dan maar weg te halen, vertikte ik het. Ik ben trots op wie ik ben, en dat wil ik overal kunnen tonen.”

Hoewel ook Sara Matthieu Europees parlementslid is, schrikt ze er niet voor terug om zich uit te spreken over het Belgische beleid: “Na alle gevallen van homofoob geweld zou er een nationaal actieplan tegen homofobie komen, maar dat is er nog steeds niet. Haat is niet aangeboren, het is aangeleerd. Gelukkig kan je aanvaarding ook leren, en het wordt tijd dat we daar werk van gaan maken.”

UPDATE: Ook anderhalve maand na het panelgesprek in het Europese parlement blijft de kwestie brandend actueel. Terwijl de Poolse ombudsman en mensenrechtencommissaris Adam Bodnar ontslagen werd uit het Poolse Grondwettelijk Hof, kende de UGent hem op 28 april een Amnesty International-leerstoel toe, een award voor mensen die zich bijzonder inzetten voor mensenrechten.

Ook voor de LGBTIQ+-gemeenschap brak Bodnar een lans, vertelt hij in een interview met De Standaard. Hij spande verschillende rechtszaken aan tegen uiterst homofobe resoluties in Polen. Vier daarvan won hij, zes andere leidden tot de conclusie dat die resoluties niet legaal bindend zijn. Eindigen doet Bodnar met een optimistische noot: “De internationale discussie hierover heeft in grote mate bijgedragen aan de emancipatie van de lgbt-gemeenschap in Polen.”


Dit artikel werd gepubliceerd door De Wereld Morgen op 03/05/2021.

vorige volgende