Yuliia Kozinska (45) © Dries Basraoui

De Russische invasie in Oekraïne op 24 februari 2022 staat in het geheugen van velen gegrift. Sinds de invasie sloegen talloze Oekraïners op de vlucht. Intussen zijn we bijna vier jaar verder, en het conflict woedt nog steeds voort. Maar hoe gaat het met de mensen die het geweld ontvluchtten? Yuliia Kozinska (45), die nu in Lier woont, getuigt: “De oorlog woedde in elk hoekje van het land, dagelijks vielen er raketten.”

Yuliia Kozinska (45) is geboren in Rivne, een stad in het westen van Oekraïne. Ze was 42 toen de oorlog uitbrak en vluchtte naar België door de Russische agressie. Samen met haar dochter, partner en moeder heeft ze alles achtergelaten. “Het deed ontzettend veel pijn om zo abrupt afscheid te moeten nemen van ons leven daar”, vertelt ze.

“De oorlog woedde in elk hoekje van het land. Dagelijks vielen er raketten. We leefden in schuilkelders onder appartementen. Sommige dagen was er geen water, en kregen we twee keer per dag vier uur elektriciteit. In het begin hoopte ik dat dit tijdelijk zou zijn. Ik verliet mijn huis in de verwachting dat ik na een paar dagen terug zou kunnen keren. Maar al snel besefte ik dat de situatie veel langer zou duren. Daarom besloot ik naar België te vluchten, waar ik ben bevallen van mijn tweede dochter. Zij weet vandaag niet wat sirenes zijn, of hoe het voelt om zonder licht of water te zitten.”

“Oorlog scheurt families uit elkaar. Iedereen houdt er wonden aan over, fysiek of psychologisch” - Yuliia Kozinska (45)

“Oorlog scheurt families uit elkaar: kinderen nemen afscheid van vaders die naar het front vertrekken, grootouders blijven achter terwijl hun kinderen en kleinkinderen vluchten. Iedereen houdt er wonden aan over, fysiek of psychologisch. Niemand blijft onaangeraakt. Ik had het geluk dat mijn moeder meeging naar België, maar helaas is ze hier overleden. Sinds haar overlijden voel ik me soms eenzaam, al ben ik dankbaar dat ik mijn kinderen nog heb.”

“Bij onze aankomst in België werden we hartverwarmend ontvangen. We kregen snel hulp, en de gastvrijheid die we hier hebben ervaren, blijft me verbazen. Mensen hebben ons nooit in de steek gelaten. Een oorlog kan je dwingen je land te verlaten, maar onze tradities draag je voor altijd met je mee.”

“Toen we eenmaal geïnstalleerd waren, vond ik het belangrijk om meteen kennis te maken met de Belgische cultuur en met de mensen hier. In onze cultuur doe je dat het best door iemand uit te nodigen en een traditioneel gerecht klaar te maken. Omdat dat moeilijk is als je de taal nog niet spreekt, ben ik vrijwilligerswerk gaan doen bij Mondiale Werken, een vzw die kwetsbaren in de maatschappij ondersteunt. Elk jaar organiseren ze verschillende ‘Wereldkeukens’, dagen waarop iedereen welkom is om te komen proeven van gerechten uit de hele wereld. En ik mocht mee helpen, zo bereidde ik Oekraïense gerechten, dat was mijn manier om te tonen hoe dankbaar we zijn. Het vrijwilligerswerk werd niet alleen een kennismaking met België; het werd een uitwisseling van twee culturen die elkaar willen begrijpen.”

“In onze cultuur leren we mensen kennen door hen uit te nodigen en traditionele gerechten klaar te maken” - Yuliia Kozinska (45)

“Oekraïense borsjt – onze klassieke rodebietenstoep – blijft een favoriet in ons gezin. We eten die bijna elke dag. In het weekend maken we varenyky, onze geliefde Oekraïense dumplings. Mijn dochters helpen daarbij. Terwijl we koken, delen we verhalen en indrukken van de week. Het brengt ons dichter bij elkaar.”

“Elke dag leren we België en zijn inwoners beter kennen. We respecteren hun tradities, en zij de onze. Als Oekraïners nemen we ook graag enkele mooie Belgische tradities over. En ja… vooral de Belgische frietjes.”

“Nu het conflict opnieuw dagelijks in het nieuws komt, denk ik vaker aan mijn droom: dat ons land ooit opnieuw volledig vrij zal zijn, dat ik ooit kan terugkeren naar mijn thuis. Dat blijft voorlopig een wens, maar ergens blijf ik toch hopen. Ik zeg vaak tegen mijn kinderen dat ze hier in België goed moeten studeren, zodat ze de kennis die ze nu opdoen later kunnen meenemen naar huis wanneer we ooit terugkeren.”

vorige volgende