Wat ooit de grootste petroleumhaven van Europa was, is nu niet meer dan een verlaten site. De oude gebouwen van de American Petroleum Company worden vervangen door bedrijventerreinen van Blue Gate. Uit onderzoek van de stad Antwerpen blijkt echter dat afbreken niet noodzakelijk is.

De gebouwen waar onderzoek naar werd gedaan, dateren voornamelijk van voor 1922. "Het gebouw dat grenst aan de Naftaweg is zelfs het op één na oudste betonnen gebouw in Vlaanderen", zegt Hans Klomp van de Vlaamse Vereniging voor Industriële Archeologie (VVIA). Uit het onderzoek blijkt ook dat de grootte en typologie uniek zijn voor het projectgebied. Ook het betonnen karkas en tongewelf zijn zeldzaam.

Schijn bedriegt

Net die architecturale kwaliteiten en de goede staat van het gebouw pleiten voor hergebruik. De vroegtijdige goedkeuring van de sloopvergunning, die drie dagen eerder kwam dan de mogelijke opname in de erfgoedinventaris, stuit op verontwaardiging bij Klomp: "Het is ecologisch niet hoogwaardig om het tegen de vlakte te gooien." Klomp wijst er ook op dat de kosten voor renovatie niet opwegen tegen de mogelijke opbrengst.

Toekomst

Het onderzoek geeft duidelijke aanwijzingen over de staat van de gebouwen op Petroleum Zuid. VVIA vindt het jammer dat dat niet door de stad wordt erkend. "Toekomstige projectontwikkelaars en bedrijven zouden hier blij mee zijn. De site herbergt een schat aan geschiedenis en geeft het gebied een gezicht. De stad kan de gebouwen perfect hergebruiken voor een goed imago."

Het Autonoom Gemeentebedrijf Stadsplanning Antwerpen verwees ons door naar Blue Gate Antwerp, die de site zal ontwikkelen. Deze vennootschap wil de petroleumsite als 'groen' terrein aanbieden aan innovatieve bedrijven en zo een 'eco-effectief, internationaal en toekomstgericht karakter aan de site geven'.

© 2012 - StampMedia - Jelle Laurijssen en Mathieu Vancamp

 

 

 

 


 

Dit artikel werd gepubliceerd door Nieuws.be op 31/05/2012
Dit artikel werd gepubliceerd door Apen.be op 31/05/2012
Dit artikel werd gepubliceerd door Knack - online op 31/05/2012
Dit artikel werd gepubliceerd door De Wereld Morgen op 01/06/2012