Tom Meeusen won dit seizoen in het veldrijden de GvA-trofee, de Superprestige én de Wereldbeker. Vorig seizoen vielen zijn prestaties wat tegen, nu blaakt hij van zelfvertrouwen. Toch blikt hij niet helemaal voldaan terug op dit seizoen. "Het mooiste heb ik gemist. De titel op het WK in Tabor had ik moeten winnen."

De beloftecarrière van Tom Meeusen zit er bijna op. De Essenaar start volgend weekend bij de profs. "Het zit me dwars dat ik geen wereldtitel heb gehaald bij de beloften. Het WK in Tabor was misschien mijn laatste kans om wereldkampioen te worden. Daarnaast heb ik wel bijna alles gewonnen wat er te winnen viel, maar het mooiste heb ik gemist. Als ik volgend seizoen mee ga rijden met de profs, zal ik me dubbel zo hard moeten bewijzen en moet ik terug van nul beginnen. Ik zal renners tegenkomen die al enkele jaren aan de top staan."

Leven als prof

Het huidige seizoen was succesvol voor Tom. Zijn naam verscheen meer en meer in de media. "Ik voel mij geen bekend persoon. Ik ben blij dat alles goed verloopt." Maar het leven als prof heeft ook zijn negatieve kanten. "Het is jammer dat ik mijn vrienden niet zo vaak zie en dat ik in het weekend niet mee weg kan gaan met hen. Mijn vriendin gaat goed om met mijn bekendheid. Ze weet hoe hard ik moet werken om goede prestaties neer te zetten. Ze gaat elke wedstrijd mee en heeft zo al veel vriendinnen gemaakt. Dat maakt het voor mij ook leuk."

Wie laatst lacht...

De professionaliteit die het beroep met zich meebrengt, is ook de vriendenkring van Tom niet ontgaan. "In het begin lachten mijn vrienden met mij. Ze begrepen niet dat ik zoveel tijd besteedde aan veldrijden. Ze bleven aandringen om mee uit te gaan. Nu komen ze meer en meer naar de wedstrijden kijken. De vrienden die toen lachten, hebben nu allemaal zelf een koersfiets gekocht. Ze vragen me vaak om mee een toerke te gaan rijden."

Nauwelijks rust

"Na het seizoen kan ik drie weken rusten. Het is moeilijk om stil te blijven zitten in de rustperiode, daarom probeer ik bezig te blijven met het veldrijden. Na die drie weken begin ik aan een harde training van vijf weken. Eigenlijk heb ik nooit een periode van totale rust."

© 2010 – StampMedia – Laure Van Gestel


Dit artikel werd gepubliceerd door Gazet van Antwerpen - online op 17/02/2010
Dit artikel werd gepubliceerd door Sport Planet - online op 17/02/2010