© Volt

Op 26 mei zijn het Europese Parlementsverkiezingen. Castor en Marlon, twee Nederlanders die in België wonen, spreken met acht millennial-kandidaten die allemaal hun eigen visie hebben op de toekomst van de EU. Vandaag leest u het interview met Glenn van Herrewege van Volt.

De progressieve, pro-Europese partij Volt neemt voor het eerst deel aan de Europese verkiezingen. De partij komt niet alleen op in België, maar in acht Europese landen. Wij spraken met Volts covoorzitter en nummer 9 op de Europese lijst, Glenn Van Herrewege (26). “Er is maar één prioriteit waar ik mij politiek voor wil inzetten: verder bouwen aan een federaal Europa.”

Eerst stond jij op de Brusselse lijst, maar je bent nadien toch op de Europese lijst terechtgekomen. Wat is er gebeurd?
Om een lijst in Brussel in te dienen heb je als nieuwe partij één handtekening nodig van een parlementslid. Dat was snel in orde. Maar enkele dagen voor de deadline heeft die persoon afgezegd, waardoor onze lijst begon te wankelen. We hebben toen besloten om ons op Europees niveau te richten.

We hadden ook graag in Brussel meegedaan. Volt staat voor meer Europese samenwerking, maar ook het betrekken van de burger bij de politiek. Daarom wilden wij meedoen op zowel Europees als regionaal niveau.

Om als nieuwe partij een lijst in te dienen moet je genoeg handtekeningen verzamelen. Hoe ging dat in zijn werk?
Je moet 5.000 handtekeningen van burgers halen in zowel Vlaanderen als Wallonië. Die barrière was voor ons te hoog, daarom zijn we voor de tweede optie gegaan: vijf handtekeningen van parlementsleden. Dat bleek een goede beslissing te zijn, want in Vlaanderen is dat gelukt.

Hoe komen jullie als kleine partij aan financiële middelen?  
Vanuit de Europese afdeling van Volt gaat er een klein potje naar de nationale afdelingen. Daarnaast doen we onze eigen fondsenwerving via het netwerk van onze kandidaten en bedrijven. Op Europees niveau zijn er zo’n 30.000 mensen die zich inzetten voor Volt, waarvan er maar vier worden betaald. De rest van de actieve leden is vrijwilliger.

Lijsttrekker Christophe Calis heeft zich op Facebook uitgelaten over het gebrek aan media-aandacht voor Volt. Hebben jullie het gevoel ondervertegenwoordigd te zijn in de media?
Wij zitten in een lastige situatie. We zijn niet uitgenodigd voor Breaking Europe van VRT en niet opgenomen in de Stemtest. Eigenlijk zitten we in een vicieuze cirkel: je moet in de media komen om verkozen te worden en verkozen geraken om in de media te komen.

Volt heeft een flinke ambitie. Verkozen raken in zeven lidstaten met 25 Europarlementariërs, zodat jullie een eigen Europese fractie kunnen oprichten. Gaan jullie dat halen?  
Dat is inderdaad ons plan. Zo hoeven we niet samen te werken met andere partijen en kunnen we ons verkiezingsprogramma intact houden. In de realiteit is die kans niet zo groot, omdat we in minder landen opkomen dan gehoopt. Volt Italië heeft bijvoorbeeld geen lijst kunnen indienen omdat de barrière voor nieuwe partijen daar enorm is.  

Wat is plan B? Samenwerken met andere Europese fracties?
Alles hangt af van hoe de kaarten liggen na 26 mei.

Verhofstadt is fan van Volt. Die zal jullie vast willen hebben.
Die naam valt soms wel een keer, maar we kunnen niet beloven dat we bij de liberale Europese fractie ALDE (Alliantie voor Liberalen en Democraten voor Europa) gaan.

Eén van de punten in jullie verkiezingsprogramma is “Het verbeteren van de EU”. Iedere partij zal dit belangrijk vinden. De vraag is natuurlijk hoe jullie dit concreet willen doen.
Op de lange termijn willen we naar een gefederaliseerd Europa. Wij beseffen ook dat dat niet zo snel kan. Op de korte termijn willen we daarom drie concrete maatregelen nemen om meer in die richting te gaan.

Zo kan je het Europees Parlement machtiger maken door ze initiatierecht te geven. Het recht om nieuwe wetgeving in te dienen ligt nu bij de Europese Commissie. Wij willen het Parlement ook dit recht geven om zo een volwaardig parlement maken. Dat is belangrijk, want het Europees Parlement is de enige rechtstreeks verkozen instelling binnen de EU.

Initiatierecht: De Europese Commissie heeft als enige EU-instelling het recht om nieuwe regelgeving voor te stellen. Het Europees Parlement en de Raad van Ministers kunnen de Commissie wel vragen regelgeving uit te werken.

Daarnaast willen we meer Europese partijen hebben. Je zit nu in de gekke situatie dat Europese verkiezingen eigenlijk over nationale thema’s gaan, terwijl wij vinden dat die over Europese onderwerpen moet gaan. Om dat te verhelpen zou het logisch zijn als je voor de Europese verkiezingen mocht stemmen op een Europeaan uit een ander land.

Een andere verandering is het veranderen van de stemprocedure in de Europese Raad (met daarin de nationale regeringsleiders en staatshoofden). Op dit moment is beslissen met unanimiteit de norm. Zo kan één land tegenstemmen en gemakkelijk iets blokkeren. Hierdoor worden wetteksten afgezwakt om tot een breed gedragen compromis te komen. Daarom wil Volt dat veranderen naar gekwalificeerde meerderheid. Dat zijn grote veranderingen, maar niet zoiets radicaals als een federaal Europa.

Gekwalificeerde meerderheid of dubbele meerderheid: Hierbij worden regels pas aangenomen als twee voorwaarden zijn voldaan:
- 16 van de 28 lidstaten stemmen vóór.
- Landen die vóór stemmen vertegenwoordigen 65% van de Europese bevolking.

Zullen landen door die maatregel niet sneller zeggen: “Ik wil dit niet, maar het moet van Europa”? Als je met unanimiteit moet werken staat in principe elk land achter de tekst die in de Europese Raad wordt aangenomen. Als je bij meerderheid besluit zijn er ook landen tegen.

Het is eigen aan een democratie dat er altijd partijen zijn die tegen een voorstel zijn. In een democratie moet je leren werken met verschillen en ervoor zorgen dat je een zo groot mogelijk draagvlak hebt zonder de inhoud van een wet af te zwakken. Op dit moment tast je die inhoud aan om unanimiteit met alle landen te vinden.

Bij een gekwalificeerde meerderheid heb je nog altijd een draagvlak van 65 procent van de Europese populatie in minimaal 16 van de 28 landen. Grote landen als Frankrijk of Duitsland kunnen zo nog steeds niet hun wil doordrukken.

Jullie hebben ook nog een plan voor een Europese publieke omroep. Waarom is dat noodzakelijk?
Dat is nodig om kwaliteitsvol Europees nieuws te garanderen. Zo kun je voorkomen dat er invloed van buitenaf komt in de vorm van fake news. Ook krijg je zo meer aandacht voor Europees nieuws in de nationale media en versterkt het de Europese mentaliteit.

Verder zijn jullie voor een Europees minimuminkomen, genderquota en het recht op abortus. Dat sommige lidstaten dit willen invoeren is te begrijpen, maar wat is de meerwaarde om dit op Europees niveau te doen?
Tot nu toe is dit allemaal nationaal doorgevoerd, maar zonder al te goede resultaten. Op deze manier kun je laten zien dat lidstaten soms wel willen, maar niet kunnen. Dan gaan we het gecentraliseerd uitvoeren vanaf Europees niveau.

Als je als nieuwe partij voet aan de grond wil krijgen, is het dan niet slimmer om te focussen op grote zaken zoals institutionele hervormingen in plaats van specifieke zaken als gendergelijkheid en sociale rechten?
Met deze standpunten willen wij aantonen dat we niet alleen een one-issue-partij zijn. Enerzijds zijn we pro-Europees, anderzijds willen we meer deelname van burgers in de politiek. Daarom hebben we via een bevraging gekeken wat de mensen die in Volt geloven nog meer belangrijke politieke thema’s vinden. Uit die bevraging kwamen zaken als genderquota en een minimuminkomen.

Volt spreekt over investeringen in bijvoorbeeld onderwijs, werkgelegenheid en onderzoek. Waar moet dat extra geld vandaan komen?
Vaak gaat het niet over extra investeringen, maar over een herinrichting van bestaande fondsen. Zo bestaat er een Europees fonds voor innovatie. Wij vinden dat ook onderwijs daaruit betaald mag worden.  Waar extra geld nodig is, zullen de lidstaten dit moeten betalen. Dat is logisch. Europa doet meer, dan ga je ook extra moeten betalen.

Op dit moment zijn er geen Europese belastingen. Wij willen bijvoorbeeld een Europese CO2- taks en een transactietaks. Hiermee creëer je meteen extra Europese inkomsten.  

Jullie lijsttrekker heeft in Veto gezegd “Eurosceptici maken ook een valabel punt. Volt probeert in de eerste plaats naar hen te luisteren.” Hoe wil een uitgesproken pro-Europese partij ook hen aanspreken?
Er zijn twee soorten eurosceptici. Je hebt de mensen die heel nationalistisch en extreemrechts denken. Wij kunnen hen natuurlijk nooit overtuigen. Daarnaast is er een heel grote groep in de bevolking die weinig vertrouwen heeft in de EU zoals die nu is. Naar dat aangetaste vertrouwen moet je luisteren. Je kunt veranderen door de EU zwakker te maken, en veranderen door het te versterken. Volt kiest voor het laatste.


Dit artikel werd gepubliceerd door Doorbraak.be op 19/05/2019

vorige volgende