WHO/A. Zouiten 1

As we speak, spelen zich wereldwijd heel wat tragedies af die de voorpagina van de krant niet halen. Met de campagne tegen hongersnood in Zuid-Soedan, Somalië, Jemen en Nigeria zette Consortium 12-12 begin dit jaar weer enkele voordien ‘vergeten’ crisissen op de agenda. Waarom lijken de media sommig menselijk leed uit het oog verloren te zijn?

Elke redactie maakt dagelijks een keuze uit al het nieuws dat zich afspeelt in de wereld. Dat gebeurt op basis van verschillende nieuwsfactoren. “Een factor die heel vaak terugkomt is nabijheid: niet enkel geografische, maar ook psychologische nabijheid speelt een rol”, zegt Stijn Joye, onderzoeker bij de vakgroep Communicatiewetenschappen van de Universiteit Gent. “Syrië is veraf, maar voor België bijvoorbeeld belangrijk omdat de vluchtelingen van die crisis ook bij ons terechtkomen.”

Moeheid

Naast nabijheid speelt ook de duur van de crisis een rol. “Hoe langer een ramp duurt, hoe moeilijker het wordt om de media te halen”, aldus Joye. “Rampen zoals hongersnood, die zich eerder op lange termijn ontwikkelen, zijn meestal minder interessant voor de media. Als alles echter plots op één dag gebeurt, heeft de crisis meer kans om aan bod te komen.”

Rode Kruis-Vlaanderen, dat een internationale tak in humanitair werk heeft, stemt in. “Fatigue is een factor die zowel bij donoren, media als publiek kan optreden”, zegt woordvoerster Ine Tassignon. “Het gebeurt vaak bij rampen die al jarenlang aanslepen of zich voor de zoveelste keer herhalen.”

De huidige beelden van kinderen in hongersnood in de Hoorn van Afrika komen zo goed als helemaal overeen met die van 2011 of zelfs die van 1985. “Het beeld van hongerbuiken is ondertussen al zo courant dat de nieuwswaarde die de pers eraan hecht, afneemt.”

Journalist en medium

Ook de journalist en het medium bepalen mee de nieuwsselectie. “Soms volgt de journalist zijn buikgevoel om te bepalen of iets nieuwswaardig is of niet. Soms heeft hij of zij ook een persoonlijke affiniteit met het thema”, geeft onderzoeker Joye aan. “Ook het medium is van belang. Als de redactie de nieuwsinhoud samenstelt, houden ze de lezer van dat specifieke medium in het achterhoofd.”

Daarnaast zijn er soms gewoon praktische redenen waarom crisissen niet in beeld komen. “In Syrië waren er bijvoorbeeld al veel media aanwezig. Maar bij sommige rampen in Afrika is er minder materiaal beschikbaar omdat er minder media ter plekke zijn: een dramatisch iets.”

Logistiek is eveneens belangrijk. “Het is duurder om mensen ter plaatse te krijgen in moeilijk bereikbare gebieden. Een nieuwsfeit dat zich in New York afspeelt, zal meer media-aandacht krijgen. Omdat je er logistiek gezien simpelweg makkelijker kan geraken”, legt Joye verder uit.

Empathie

Ook Rode Kruis-Vlaanderen geeft aan dat de toegang voor zowel pers als humanitaire hulpverleners soms sterk belemmerd is, bijvoorbeeld in Jemen of Libië. De media willen hier misschien wel meer over berichten, maar als de journalisten niet ter plaatse geraken, zal de informatie steeds uit tweede hand afkomstig zijn.

Ook de empathie die het eigen publiek, in wisselwerking met eigen media, voor de slachtoffers van een ramp voelt, is belangrijk. “De Vlaamse bevolking stelt zich makkelijker solidair op wanneer ze zich herkennen in de slachtoffers. Zo was er veel solidariteit bij de tsunami van 2004 in Indonesië en Thailand, aangezien het ook voor Vlamingen populaire vakantiebestemmingen zijn. De rampen in meer bekende gebieden, worden sneller opgepikt door de media”, klinkt het bij Rode Kruis-Vlaanderen.

Zorgt extra media-aandacht ook voor meer politieke aandacht of humanitaire hulpverlening voor? Hierover zijn de meningen verdeeld: sommige studies tonen aan van wel, andere van niet. Joye licht toe: “Er kan wel een relatie zijn tussen media-aandacht, humanitaire hulp en de politieke situatie. DAt hoeft echter geen oorzaak-gevolg relatie te zijn.”

Toch kan meer media-aandacht leiden tot meer bewustzijn bij het publiek. “Pas wanneer mensen op de hoogte zijn van een probleem, zullen ze geld doneren.”

Joye geeft ook aan dat er een omgekeerde beweging is: “Als iets hoog op de politieke agenda staat en ook bij mensen leeft, krijgt het vaak ook meer media-aandacht. Een klassiek kip-of-eiverhaal dus.”

Rode Kruis-Vlaanderen geeft aan dat media-aandacht wel degelijk invloed heeft op de humanitaire hulp en op donaties. “Media spelen een cruciale rol in het creëren van publieke verontwaardiging. Die kan dan weer zorgen voor politieke wil om de crisis te financieren of om een politieke oplossing te zoeken voor het conflict. Media zijn dus heel erg bepalend voor de mate waarin humanitaire organisaties erin slagen om slachtoffers van een specifieke crisis te helpen.”

Kritisch blijven

Joye geeft het belang aan van kritische zin tegenover het selectieproces van de media. “Redacties kunnen niet alles tonen, want dan zouden ze duizenden kranten nodig hebben om al het nieuws van die dag te bundelen. Nieuws is een selectie. De vertekeningen die hierbij voorkomen, zijn eigen aan het nieuwsproductieproces. Als nieuwsconsument is het belangrijk je ervan bewust te zijn dat nieuws een representatie is van de wereld, niet de realiteit.”

vorige volgende