© Instagram

‘#wtFOCK’: voor de één een vaste waarde, voor de ander een eerder vreemde combinatie van medeklinkers. Jongeren lijken niet meer weg te slaan van de succesvolle webserie. Het nieuwe seizoen is opgestart, dus kunnen we terugblikken op het vorige. Drie maanden lang hing menig fan gekluisterd aan het beeldscherm voor de coming-out van een zestienjarige. Werd er zo een weg gebaand voor meer en eerlijkere representatie van LGBTQ+-problematieken, of dwaalde men soms nog van die weg af?

“‘Geheime’ serie ‘wtFOCK’ werd alsnog populairste zoekwoord op Google in 2019”, zo berichtte Het Laatste Nieuws in december. Dit nieuws kwam blijkbaar als een verrassing, want velen bleken nog niet van de term gehoord te hebben, laat staan van de webserie zelf. En toch kon de reeks zich kronen tot spreekwoordelijke koning van Google van het afgelopen jaar. Hoe komt dat?

De online serie die kwam overgewaaid vanuit Noorwegen blijkt vooral bij tieners en jongvolwassenen een grote hit. Op negen weken tijd haalde het derde seizoen zo’n 11,8 miljoen online views, zo liet SBS Belgium weten. In totaal zouden er rond de 400.000 jongeren tussen de 15 en 34 jaar naar de reeks kijken.

© Instagram

 

De vermoedelijke reden van het succes? Jongeren kunnen dagelijks vanop hun smartphone de personages volgen via korte, real-time updates en echte Instagram-accounts. Ideaal dus in een wereld waar lineair televisiekijken, vooral voor de jongere generatie, steeds meer uit den boze wordt. Daarnaast wordt de serie bewust zoveel mogelijk uit de media gehouden, om de authenticiteit ervan te bewaren en jongeren het zelf te laten ontdekken. So far, so good, zo blijkt. 

Homoseksueel hoofdpersonage 

Concreet volgt #wtFOCK de levens van jongeren op de middelbare school, waarbij allerlei tienerperikelen niet uit de weg gegaan worden. Sinds het laatste seizoen komen daar ook meer maatschappelijk relevante problematieken bij. Zo tackelde de reeks een onderwerp dat zich nog steeds niet volledig aan de taboesfeer heeft onttrokken: homoseksualiteit, een coming-out en alles wat daarbij komt kijken. Van de absolute hoogtepunten tot de soms pijnlijke dieptepunten zijn we getuige van de hobbelige weg naar zelfacceptatie die de zestienjarige Robbe doorloopt. 

Maar is dat dan een nieuw gegeven, een holebipersonage in Vlaamse fictie? Florian Vanlee onderzoekt de LGBTQ+-representatie in Vlaamse televisieseries aan de Universiteit Gent. Hij verduidelijkt: “Zo’n 20 procent van de producties zou een  prominent holebipersonage tonen. Wat de bijrollen betreft, is dat ongeveer 33 procent. Dat is een relatief groot aandeel.”

Wél blijkt het de eerste keer te zijn dat er in commerciële jongerentelevisie in de hoofdrol de volledige aandacht uitgaat naar homoseksualiteit. “Het is opvallend hoe er onmiddellijk op een heel expliciete manier gefocust wordt op seksualiteit. #wtFOCK is daarmee een heel waardevol programma”, aldus Vanlee. De vraag stelt zich dan hoe die nieuwe vorm van representatie ontvangen werd door de LGBTQ+-community.  

Over herkenning en zelfaanvaarding

Amber Maselis, een 20-jarige biseksuele studente uit Hove, is al enkele jaren fan van het originele ‘SKAM’. Toen de serie in Noorwegen eindigde, begon ze de andere remakes te volgen. Haar interesse bracht haar zo ook tot #wtFOCK. Begeesterd vertelt ze over de serie waar ze duidelijk veel waarde aan hecht. “Ik volg het project al een aantal jaren, en ondanks de subtiele verschillen per reeks, komen de hoofdonderwerpen steeds mooi terug.”

 

Van alle remakes vindt ze #wtFOCK het beste. De Vlaamse versie sluit dan ook het dichtste aan bij haar eigen leefwereld. “Nu de serie in Antwerpen is terechtgekomen, in mijn eigen cultuur, voelt het plots heel dichtbij huis.”

Het helpt daarbij dat ze zich sterk kan herkennen in Robbe, het hoofdpersonage dat in zijn tienerjaren uit de kast komt bij vrienden en familie. “Het raakt, omdat ik merk dat ik soms letterlijk dezelfde dingen heb gezegd of gevoeld. Ooit zat ik ook zo diep en sukkelde ik met dezelfde gevoelens. Toen was dat een gigantisch geheim dat ik voor mezelf hield. Nu weet ik dat het goed komt”, aldus Amber. “Voor andere jongeren kan de serie misschien een duwtje in de rug zijn, zoals SKAM dat voor mij was drie jaar geleden, toen ik net uit de kast was gekomen en mezelf nog moest leren aanvaarden.” 

Die mening lijkt ook 22-jarige Fabio Olivieri uit Antwerpen te delen. Als tiener zag hij nauwelijks een homoseksueel personage op televisie waarin hij zichzelf kon herkennen. Het stelt hem dan ook gerust dat dit voor jongeren vandaag anders is. Daarnaast vindt hij het goed dat er getoond wordt hoe holebi’s zichzelf vaak nog moeten leren accepteren. “Soms is het ook moeilijk om ermee te leren omgaan, om te weten hoe je jezelf voelt en of je jezelf wel zo wil voelen. Dat is mooi weergegeven.”

“Zit je met vragen?”

De verhaallijn kan dus geruststellend werken voor jongeren die zichzelf erin herkennen. Op dat aspect wil #wtFOCK ook bewust inzetten. Niet alleen door het inhoudelijk naar voren te schuiven, maar ook door samen te werken met het online platform WAT WAT. Het initiatief van de Vlaamse Overheid is een krachtenbundeling van meer dan 70 organisaties om jongeren te informeren. Die organisaties willen er samen voor zorgen dat “álle jongeren sterk in hun schoenen staan en hun identiteit op een positieve manier ontwikkelen.” Op de website kunnen jongeren antwoorden vinden over examenstress, problemen thuis, maar ook over seks, seksualiteit, … noem maar op.

Na elk fragment van #wtFOCK wordt de mogelijkheid getoond om te surfen naar watwat.be, “indien je met vragen zit”. Dat initiatief valt alvast in goede aarde bij Ferre Lambert, een 25-jarige Antwerpenaar die zich herinnert hoe hij vroeger zelf ook naar het internet greep bij vragen over zijn homoseksualiteit. “Het is soms moeilijk om direct tegen iemand te vertellen dat je twijfels hebt over je geaardheid. Ik kan me dus perfect inbeelden dat jongeren online naar antwoorden gaan zoeken.”

#wtFOCK wil zo meer zijn dan alleen entertainment. “Hoewel het fictie is en dit automatisch het aspect van entertainment met zich meebrengt, is dat niet de essentie van de reeks”, zegt scenarist Bram Renders, overigens ook schrijver van de vroegere jongerenreeks W817. “We willen vooral aan jongeren tonen dat ze niet alleen zijn. Dat element zit er sterk in, en het is mooi dat we dat zo kunnen meegeven.”

De harde realiteit

De reeks draagt dus een belangrijke realiteit in zich, maar die kan soms hard aankomen. Fabio is niet zeker of hij dit altijd kan waarderen. “Ik vond de homofobie in #wtFOCK best wreed. Ergens is dat goed, want in het echte leven is het ook zo. Dat heb ik zelf al ervaren. Maar in series wordt er vaak gefocust op alle problemen waarmee homopersonages in aanraking komen. Het had leuk geweest om eens te zien dat dit niet zo was. Het ligt dus dubbel.” 

Eén specifieke scène die om diezelfde reden een bom aan kritische Twitterreacties deed ontploffen, was die waarin homogeweld kort, maar zeer expliciet getoond werd. De keuze om het toch te brengen, valt te begrijpen vanuit het feit dat homogeweld vandaag de dag nog steeds een reëel en actueel probleem is. Eind december nog werden twee holebi-jongens in Gent het slachtoffer van gay bashing. In Het Nieuwsblad deden ze daarop de oproep naar andere slachtoffers om niet te zwijgen, maar om dergelijk zinloos geweld aan te geven bij de politie. Echter, in #wtFOCK wordt getoond hoe het hoofdpersonage en zijn vriend beslissen om niet naar de politie te stappen. 

Voor die keuze kan Ferre wel begrip opbrengen. “Als slachtoffer wil je nog meer last ontwijken en heb je de kracht nodig om er iets tegen te doen. Ik snap dat niet iedereen dat zou hebben. Eén juiste manier om met homogeweld om te gaan, is er ook niet.”

Waar Ferre zich wel in opboeit, is de manier waarop de reeks het voorval in z’n geheel heeft weergegeven. De scène laat zien hoe Robbe en zijn lief worden uitgescholden en aangevallen. Ze eindigt abrupt met de twee die gewond achterblijven. Pas de volgende dag krijgen we als kijker te zien of alles in orde is. “Dat vond ik het frappantste”, aldus een verontwaardigde Ferre. “Twee jaar geleden, toen ik nog niet zo lang samen was met mijn vriend, zijn wij ook achtervolgd. Die avond zijn wij niet onmiddellijk gaan slapen. Wij hebben nog geknuffeld, een theetje gedronken, samen een serie gekeken,… Op zo’n moment wil je gewoon liefdevol samen zijn. Je wil weten dat het goedkomt. Maar in #wtFOCK gebeurde er die bewuste avond niets en werd de kwestie nadien snel afgehandeld.”

Kritiek

Meer duiding had dus op z’n plaats geweest. De mogelijkheden die je als slachtoffer hebt na zo’n voorval, werden voor Ferre niet genoeg benadrukt. Vooral niet voor een reeks die de steun heeft van een platform zoals WAT WAT. 

Het is duidelijk niet de eerste keer dat Bram Renders deze kritiek te horen krijgt. Het lezen van de reacties op Twitter heeft hij al opgegeven, grapt hij. Aarzelend geeft hij wel toe dat ze de scène als makers beter hadden kunnen aanpakken.

“Hoe het in beeld is gebracht, is heftiger dan hoe ik het tijdens het rooskleurige schrijfproces in gedachten had”, zegt hij. “Dat is geen kritiek op de regie, want zoiets kan je nooit op voorhand weten. Maar achteraf bekeken had het wel op zijn plaats geweest om een follow-up-clip te tonen, waarin ze thuiskomen bijvoorbeeld. Als schrijver heb je altijd momenten waarvan je denkt dat je ze beter anders had aangepakt; dit is daar zo een van.”

Daarnaast is het wel een bewuste keuze geweest om #wtFOCK harder te maken dan het originele SKAM. Die beslissing kwam er na voorafgaande gesprekken met mensen uit de LGBTQ+-gemeenschap. “Naar het gevoel van de meesten die ik sprak, was de innerlijke strijd van het hoofdpersonage in de originele versie te klein en was de wereld rondom te rooskleurig. Die wereld hebben we dus iets rauwer gemaakt”, aldus Renders.

Onwetendheid

Het voordeel van zo’n harde scènes is dan weer de bewustwording die ze teweegbrengen bij kijkers buiten de LGBTQ+-gemeenschap. “Als je niemand kent die homo is, dan weet je ook niet hoe wij ons voelen en hoe wij sommige dingen ervaren”, benadrukt Fabio. “Door #wtFOCK kunnen mensen een beter besef krijgen, denk ik. Zeker met zoveel jongeren die naar de serie kijken, kan het voor meer begrip en tolerantie zorgen.” 

Ook Ferre vindt het belangrijk dat er aan een groot publiek getoond wordt waar holebi’s mee te maken krijgen. “Tegenwoordig weten we als mensen niet genoeg over elkaars leefwereld. Ik merkte dat op toen collega’s of vrienden verbaasd vroegen of bepaalde scènes ook écht zo zijn, en of ik écht niet meer hand in hand over straat durf lopen met mijn vriend. De verschillende seizoenen van #wtFOCK bieden dan goede inzichten in verschillende problematieken en hoe mensen daarmee omgaan”, besluit hij. 

Puur wetenschappelijk is het natuurlijk moeilijk om zo’n impact op het kijkerspubliek van de reeks vast te stellen. Maar intuïtief gezien is die impact alvast heel logisch, zo verduidelijkt onderzoeker Florian Vanlee (UGent). “Enerzijds kan het voor mensen die niet aan de maatschappelijke norm voldoen belangrijk zijn om hun eigen ervaringen gereflecteerd te zien. Anderzijds kan het die ervaringen voor mensen die er minder inzicht in hebben veel vanzelfsprekender maken.”  

Nieuwe inzichten worden subtiel meegegeven doorheen de serie, maar soms ook explicieter, zoals een stuk over de Gay Pride. Op een gegeven moment vertelt Robbe al spottend tegen zijn homoseksuele roommate dat hij niet is de persoon is, die met “pluimen in zijn gat” zal dansen op de Prides. Die roommate is een meer extravagant personage dat vooral in beeld komt als steun en toeverlaat, met telkens wijze raad. Hij biedt Robbe (maar vooral de kijker) al snel weerwoord met een korte, maar emotionele geschiedenisles. “Weet je dat die mensen hebben moeten vechten om te zijn wie ze zijn?”, klinkt het.

De reeks verwijst hiermee ongetwijfeld naar de protesten van Stonewall die later uitgroeiden tot Gay Prides over de hele wereld. Wat vaak wordt vergeten, wordt hier nog eens benadrukt: dat mensen in de LGBTQ+-gemeenschap een lange en moeilijke weg moesten afleggen om vandaag gelijke rechten te bekomen en om 100 procent zichzelf te kunnen zijn.

Amber vindt het van groot belang dat die geschiedenis in de verf wordt gezet. “Dat er mensen liever zouden sterven dan zichzelf niet te kunnen zijn, is het basisprincipe van de Gay Pride. Er zit meer achter dan alleen de vele kleuren en de halfnaakte, dansende personen, zoals sommigen het nog steeds zien.”

Betere representatie

Verwijzend naar die Gay Pride, geeft Ferre toe enigszins teleurgesteld te zijn over het type hoofdpersonage van dit seizoen in #wtFOCK. Voor hem had het ook eens een meer uitgesproken type mogen zijn. LGBTQ+-representatie is volgens hem te vaak gefocust op de zogenaamde ‘mainstream’ holebi’s. 

Begin september kon de topic nog op veel aandacht rekenen, toen radio-dj Wanne Synnave (MNM) in de talkshow ‘Vandaag’ de volgende uitspraak deed: “Het grootste probleem is dat alle rolmodellen die je ziet aan het clichébeeld voldoen. Op dat vlak heb ik me nooit echt kunnen identificeren. Ik denk dat er nood is aan mainstream holebi-rolmodellen, aan de gewone man en vrouw in de straat. En dus niet aan flamboyante rolmodellen die wat cliché zijn.”

De uitspraak veroorzaakte veel verontwaardiging in de LGBTQ+-gemeenschap. Velen gingen niet akkoord, en waren net van mening dat er al voldoende holebi’s geportretteerd worden volgens de ‘heteronormen’. Florian Vanlee (UGent) bevestigt dat er in Vlaanderen heel weinig stereotype personages in series voorkomen. “Je zou bijna zover kunnen gaan dat de meeste van de holebipersonages een soort omgekeerd stereotype zijn. Je zal bijvoorbeeld zelden heel flamboyante homopersonages terugvinden.”

Televisiemakers representeren dus (weliswaar goed bedoeld) op een heel algemene manier. “Maar net daardoor wordt een deel van de diversiteit binnen de holebi- en transgemeenschap compleet buiten beeld gehouden”, aldus Vanlee. Er is dus nood aan meer gevarieerde representatie. 

Evenwicht

In het specifieke geval van #wtFOCK kunnen we dan wel beargumenteren dat de reeks hierin het originele format uit Noorwegen volgt, en voldoening neemt met het extravagantere homopersonage Milan, de huisgenoot. “Het is lastig om altijd een goed evenwicht te vinden”, zegt scenarist Bram Renders. “In dit geval vond ik dat evenwicht met de ‘out in the open, take it or leave it’-huisgenoot voldoende.”

Daarbij is het volgens Florian Vanlee niet eerlijk om individuele serieus op die keuzes beoordelen. “Dat is niet de manier om om te gaan met wat we willen zien van media en populaire cultuur”, vindt Vanlee. “In Vlaanderen is het al vanzelfsprekend om holebi- en tegenwoordig ook transgenderpersonages te representeren, denk bijvoorbeeld maar aan Kaat in de soap Thuis. Dat is al een heel belangrijke stap geweest. Wat nog beter kan, is dan niet de verantwoordelijkheid van de televisie-industrie, maar ook het debat dat hierdoor opgewekt wordt”, besluit hij. 

Representatie in Vlaamse series betreft tot slot niet alleen LGBTQ+-personages. Het is ook belangrijk om te kijken naar de weergave van bijvoorbeeld mensen met migratie-achtergrond of met uiteenlopende religies. Maar ook daarvoor deinst #wtFOCK niet terug. In het vierde seizoen neemt de reeks een nieuw taboe bij de hoorns door Yasmina, een moslima-personage, in de hoofdrol te plaatsen. Het is afwachten hoe die nieuwe thematiek het jonge, maar kritische publiek zal smaken. 


Dit artikel werd gepubliceerd door Newsmonkey op 20/04/2020

vorige volgende