© Mathias Destrebecq

“In de zwarte gemeenschap heerst nog een taboe rond psychische problemen en psychologische zorg”, meent Sabrine Ingabire. Om het taboe te doorbreken, laat ze vijf jongeren openhartig getuigen. Zoals Blaise (25). “Door externe druk bleef ik jarenlang in het hoger onderwijs, terwijl ik niets liever wilde dan stoppen.”

“Ik heet Blaise, ik ben 25. De Rwandese genocide brak uit toen ik twee was. Hoewel ik te jong was om daar iets van te beseffen, was het een erg moeilijke periode. Mijn broertje was een jaar oud, mijn vader stierf omdat hij niet tijdig geneeskundige hulp kon krijgen. Omdat het zo onveilig en gevaarlijk was, besloot mijn mama op haar eentje met haar twee zoontjes en zonder geld te vluchten.

Voordat we in Brussel belandden, hebben we veel tijd in vluchtelingenkampen in verschillende landen doorgebracht. Toen we hier aankwamen, had ik plots dat beeld, het gevoel dat het hoofdstuk van mijn geboorteland volledig afgesloten was. Het was een soort van symbolische gebeurtenis, een nieuwe leven. Toen was ik zes.

© Mathias Destrebecq

Brussel was een diverse stad en ik voelde mij thuis en aanvaard. Maar ik voelde toen, en nu nog steeds, de afwezigheid van mijn vader heel erg. Ook als ik haar om meer verhalen vroeg, wilde mijn mama er nooit over praten, omdat het voor haar te pijnlijk was. Maar voor mij was het bijzonder pijnlijk om niets over hem te weten.

In het zesde leerjaar ben ik naar een heel elitaire school in Groot-Bijgaarden gegaan. Daar was het moeilijk aanpassen, omdat er weinig andere kinderen met een migratieachtergrond waren. Maar ik kreeg vrienden en het ging beter. Ik werd wel geplaagd omdat ik zowel in het lager als het middelbaar de kleinste van de klas was. Dat woog door en veroorzaakte deels dat waarmee ik nu nog aan het vechten ben: mijn onzekerheid.

"In de Afrikaanse gemeenschap wordt er heel veel nadruk gelegd op goed presteren op school, dat zorgde voor een ongezonde druk"

Ondanks een gebrek aan motivatie, studeerde ik met goede punten af. Ik koos om rechten te gaan studeren en de buitenwereld iets te bewijzen. Ik had in het middelbaar een richting gevolgd die als minderwaardig werd gezien. Ik had mezelf overtuigd dat ik de capaciteiten niet had om een moeilijkere richting aan te kunnen, dus wou ik nu echt iets bewijzen. Het eerste jaar verliep bijzonder goed, het was een soort mentale overwinning voor mij. Maar zodra dat bewezen was, voelde ik me gewoon leeg. Ik begon dingen in vraag te stellen, ik was verloren en in de knoop met mezelf.

Ik wist al snel dat formeel onderwijs niets voor mij was, maar ik durfde het niet te zeggen, omdat iedereen bleef benadrukken dat een diploma ontzettend belangrijk was – en dan zeker voor een persoon met een migratieachtergrond. In de Afrikaanse gemeenschap wordt er ook heel veel nadruk gelegd op het goed presteren op school. Mijn mama legde niet zo veel druk op mij, maar het was toch een duidelijke impliciete verwachting. Ook familie die je al jaren niet meer hebt gezien, zal je in de eerste instantie vragen hoe het gaat op school. Dit legde een ongezonde druk op me, en ik werd nog onzekerder.

Omdat ik mij in mijn vrije tijd voor bepaalde organisaties inzette – waar ik allerlei competenties op gebied van verkoop en marketing ontwikkelde – werd het me nog duidelijker dat het hoger onderwijs niet de enige manier was om ergens te geraken, waardoor ik nog minder gemotiveerd was. Het is dan ook de periode waar ik veel begon te drinken.

"Ik loog over heel veel dingen, tegen mijn partner, mijn familie, maar ook tegen mezelf"

Ik bleef uiteindelijk jaren in het formeel onderwijs door de druk van de buitenwereld, terwijl ik niets liever wilde dan stoppen. Mijn punten waren na een tijdje echt niet zo goed. Naast dat drinken, begon ik dus ook veel te liegen. Ik werd oneerlijk en manipulatief. Ik ben altijd een beetje zo geweest, maar toen werd het veel erger. Het vloeide voort uit een gevoel van onmacht, omdat ik niet kon voldoen aan hun verwachtingen. Het was voor mij een manier om controle te krijgen over de werkelijkheid. Het was een vals gevoel van controle, maar het was beter dan niets. Het probleem met liegen en met de werkelijkheid anders voor te doen dan het eigenlijk is, is dat je ofwel gepakt wordt, ofwel er beter in wordt. En ik werd er beter in.

Tijdens die jaren was ik heel ongelukkig, zelfs depressief, maar ik leefde zodanig in ontkenning, dat ik het niet zou hebben beseft. Soms dronk ik alleen, maar het vaakst was het in een sociale context, waardoor het weggemoffeld werd. Ik maakte me geen zorgen om mijn alcoholgebruik, omdat het me hielp om mij beter te voelen. En hoewel ik niet actief aan zelfdoding dacht, had ik sombere gedachten, zoals: ‘Mocht ik nu door een auto-ongeluk sterven, dan zou ik dat niet erg vinden.’ Maar ik stond hier nooit bij stil.

Deze zomer ontplofte alles voor de eerste keer. Ik had weer heel veel stress, en begon veel in mijn eentje te drinken. Ik verborg het voor mijn partner met wie ik samenwoonde. Wanneer ik naar de winkel ging om boodschappen te doen, kocht ik alcohol die ik onderweg kon drinken. Ik had het echt nodig om de moeilijkheden van het leven te doorstaan. Ik loog over heel veel dingen, tegen mijn partner, mijn familie, maar ook tegen mezelf.

"Stoppen met drinken was zowel zegen als vloek, omdat ik de waarheid onder ogen moest zien"

Toen het allemaal uitkwam, was het een soort bevrijding. Ik had zo veel leugens opgestapeld, dat ik blij was dat ik eindelijk niet meer moest doen alsof. Ik besefte dat ik mezelf niet kende. Ik kon uitzoeken wie ik was, wat ik wilde doen. Ik besloot begeleiding te gaan zoeken en ben naar het CAW gegaan. Daar werd ik enkele weken gevolgd voordat ze me doorverwezen naar een gespecialiseerde dienst. Ik stopte met drinken en begon mijn leven weer op orde te krijgen.

Stoppen met drinken verliep vlotter dan verwacht. Ik verloor veel gewicht en kon helderder nadenken. Het was zowel een zegen als een vloek, omdat ik vaker begon te piekeren en de waarheid onder ogen moést zien. Ik heb geregeld nachtmerries en schuldgevoelens over het verleden. Therapie volgen heeft mij wel geholpen om meer in aanraking te zijn met mijn gevoelens, zaken minder te onderdrukken en op niet-destructieve wijze met stress om te gaan. Mijn psycholoog helpt mij om het gemis naar mijn vader uit te diepen en te verwerken, en in een latere stadium hopelijk mijn moeder bij het proces te betrekken.

Mijn leven is nu veel stabieler: ik volg een opleiding als account manager, met het doel om later een onderneming op te richten. Ondanks die stabiliteit, voel ik mij vaak gewoon leeg. En als mensen mij vragen waarom ik mij zo voel, kan ik geen concreet antwoord formuleren. Ik krijg dan het gevoel dat niemand mij begrijpt, dat ik er alleen voor sta. Wanneer ik het aan mijn vrienden vertel, hoop ik altijd dat ze er voor mij zullen zijn. Maar omdat ze het niet begrijpen, gebeurt het niet, en voel ik me gewoon heel erg eenzaam en teleurgesteld. De herwonnen stabiliteit kan de leegte in mij niet temperen…

"Ik wil dat jongeren die op mij lijken of iets gelijkaardigs meemaken weten dat het oké is om hulp te aanvaarden"

Het was eerst moeilijk om over mijn problemen te spreken, omdat ik mij erg schaamde. Maar nu wil ik erover praten; ik wil dat jongeren die op mij lijken en iets gelijkaardigs meemaken weten dat het oké is om te aanvaarden dat ze hulp nodig hebben. Dat er middelen zijn, en er opties voor begeleiding bestaan die laagdrempelig zijn en niet veel kosten. Er zijn pieken en dalen, maar het genezingsproces is een inspanning van lange adem. En door problemen te benoemen, kan je op zoek gaan naar oplossingen.”

Lees ook de getuigenissen van Blaise, Layla, Elias en Thomas.


Dit artikel werd gepubliceerd door Weliswaar op 26/03/2018

Dit artikel werd gepubliceerd door Charlie op 27/03/2018

vorige volgende